Le test chapitre 2 1M1

Préparer pour le test
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
FrMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Préparer pour le test

Slide 1 - Diapositive

BONJOUR ET BIENVENUE 2AHA!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 2 - Diapositive

Le programme d'aujourd'hui
Le programme: 
1) Qu'est-ce que tu a appris du chapitre 2? 
2) Un petit résumé (samenvatting) de chapitre 2
3) Un test pour te préparer à l'examen

Le but: à la fin de ce cours: 

1) Je suis prêt pour l'examen! 
Tekst

Slide 3 - Diapositive

     Inloggen bij LessonUp
1) Pak je telefoon
2) Surf naar LessonUp.app en log in met de pincode die je zo ziet, of die ik je vertel en voer je EIGEN naam in 
3) De vragen en antwoorden zie je op het scherm, niet op je telefoon 
4) Na de les berg je je telefoon weer op 

Slide 4 - Diapositive

Wat weet je van
hoofdstuk 2?

Slide 5 - Carte mentale

Quels verbes réguliers en -ER tu connais? 

Slide 6 - Diapositive

verbes réguliers en -ER+

Slide 7 - Carte mentale

Les verbes rég. en -ER 
Hoe vervoeg je die ook al weer? 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

La négation
Qu'est-ce que c'est? 

Slide 10 - Diapositive

timer
1:00
Wat weet je nog over
de ontkenning?

Slide 11 - Carte mentale

Wat betekent ontkenning? 
Wanneer gebruik je een ontkenning? 

ne .....pas
n'.....pas 

Om de PERSOONSVORM heen ( bril) 

Slide 12 - Diapositive

Gebruik als ezelsbruggetje de BRIL.  
De PERSOONSVORM staat tussen NE en PAS in 

Slide 13 - Diapositive

Exemple

Je mange le pomme 




Slide 14 - Diapositive

Exemple

Je mange le pomme 



Je ne mange pas le pomme 

Slide 15 - Diapositive

Et maintenant: 
On va pratiquer! 
Prenez vos portables.

Slide 16 - Diapositive

ik vind
A
je donne
B
je trouves
C
je trouve
D
tu trouves

Slide 17 - Quiz

wij praten
A
nous parlons
B
nous parlez
C
vous parlons
D
ils parlent

Slide 18 - Quiz

zij werkt
A
tu travailles
B
elle travaille
C
elle travailles
D
elles travaillent

Slide 19 - Quiz

Vul het werkwoord in:

Ma copine (cherche) un plat végétarien
timer
0:30

Slide 20 - Question ouverte

Vul het werkwoord in:
Mes parents, ils (travailler) dans un café
timer
0:30

Slide 21 - Question ouverte


Wat betekent de ontkenning ne...pas? 
A
geen
B
niet
C
nooit
D
niet meer

Slide 22 - Quiz


Wat is de plaats van de ontkenning? 
A
om het werkwoord
B
voor het werkwoord
C
om de persoonsvorm
D
achter het werkwoord

Slide 23 - Quiz


Maak ontkennend. 
Je travaille.
A
Je ne travaille pas.
B
Je travaille ne pas.
C
Je ne pas travaille.
D
Je pas ne travaille.

Slide 24 - Quiz


Le contraire de:  Il n'aime pas le pain 
(het tegenovergestelde) 
timer
0:30

Slide 25 - Question ouverte


Le contraire de: 
Tu n'aimes pas la plage 
timer
0:30

Slide 26 - Question ouverte

Un dernier test
Prenez vos portables!

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Lien

feedback & vragen 

Slide 29 - Diapositive

Wat vind je nog moeilijk?
timer
1:00

Slide 30 - Question ouverte

Zijn er nog ( andere) vragen? 

Slide 31 - Diapositive

C'est tout! 
Heb ik alles behandeld?
Zijn er nog vragen of onduidelijkheden?
Zijn jullie klaar voor de toets? 

Slide 32 - Diapositive

Et à bientôt! 

Slide 33 - Diapositive