Begeleidingsles GB8E-MZV2 14.15

Wat gaan we doen vandaag:
Moeilijke termen weer even ophalen
kijken naar het document examenplanning
kijken naar de criteria en hoe werk je dit uit
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen vandaag:
Moeilijke termen weer even ophalen
kijken naar het document examenplanning
kijken naar de criteria en hoe werk je dit uit

Slide 1 - Diapositive

tensie betekent
A
bloedsuiker
B
bloeddruk
C
onderdruk
D
bovendruk

Slide 2 - Quiz

wat is het juiste antwoord
A
hypertensie is een lage bloedruk
B
hypotensie is hoge bloedruk
C
hypotensie is een hoge hartslag
D
hypertensie is een hoge bloeddruk

Slide 3 - Quiz

de systolische druk is:
A
de onderdruk
B
een trage hartslag
C
de bovendruk
D
een snelle hartslag

Slide 4 - Quiz

wat is de onderdruk?
A
bradycardie
B
systolische druk
C
diastolische druk
D
tachycardie

Slide 5 - Quiz

bradycardie is
A
trage hartslag
B
snelle hartslag
C
zuurstof gehalte in het bloed
D
lage bloeddruk

Slide 6 - Quiz

een snelle hartslag is:
A
bradycardie
B
hypotensie
C
hypertensie
D
tachycardie

Slide 7 - Quiz

Woorden voor volgende week
Hyperglykemie
Hypoglykemie
Saturatie
Apraxie
Afasie
Dysartrie
Agnosie
Desoriëntatie in tijd
Desoriëntatie in plaats
Desoriëntatie in persoon
Persevereren
Confabuleren

Slide 8 - Diapositive

Examens / Digibib opdrachten ik heb nog vragen over......

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Zijn er nog vragen over plannen?

Slide 13 - Question ouverte

Ik vond deze les nuttig omdat...
ik vond deze les niet nuttig omdat.....

Slide 14 - Question ouverte

Doelen
Na de les kun je vertellen:
hoe je op de juiste manier feedback geeft
Feedback vragen
Leerdoelen opstellen waardoor je gericht feedback kunt vragen

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Opdracht
In tweetallen
Geef per persoon elkaar minimal 1x positieve feedback volgens de regels van feedback
Geef per persoon elkaar minimaal 1x feedback op een verbeterpunt volgens de regels van feedback

Slide 33 - Diapositive

Hoe vraag ik feedback op een leerdoel?
Vraag naar het hoe....
Bijvoorbeeld hoe vind je dat ik.....
Heb je voor mij nog tips om ..... te verbeteren
Vraag naar je houding: 
Bijvoorbeeld:
Vind je dat ik initiatief neem in........

Slide 34 - Diapositive

Doelen
Na de les weet of kun je:
  • Uitleggen wat de verantwoordelijke taken zijn
  • Vertellen hoe je verantwoordelijke diensten doet
  • Bij wie je hulp kunt inschakelen
  • begrippe.

Slide 35 - Diapositive

Wat betekent voor jou verantwoordelijkheid?

Slide 36 - Carte mentale

Veranwoordelijkheid (sgevoel)

Als je verantwoordelijkheidsgevoel hebt, ben je ervan bewust dat de genomen of plichten, van zowel jezelf als anderen, op jouw afdeling naar behoren moet worden uitgevoerd. Dit houd in dat je serieus, zelfstandig, en gewetensvol te werk gaat.
Bovendien strekt je verantwoordelijkheidsgevoel zich ook uit naar de takenpakket van je collega's
Verder signaleer je misstanden zoals laksheid of het niet navolgen van de richtlijnen.
Je probeert fouten te voorkomen.
Het is jouw taak om anderen daar op te spreken en eventueel je leidinggevende hierover in te lichten.

Slide 37 - Diapositive

Welke taken heb je allemaal
bij een verantwoordelijke
dienst?

Slide 38 - Carte mentale

Wat wordt er van je verwacht?

Slide 39 - Question ouverte

hoe bereid je je voor?

Slide 40 - Carte mentale

Van welke protocollen/ afspraken moet je op de hoogte zijn?
Protocollen bij brand en andere calamiteiten
Protocollen bij overlijden
Protocollen hoe te handelen bij......
Waar vind ik belangrijke informatie
Waar staat de zuurstof?
Wie schakel ik wanneer in?

Slide 41 - Diapositive

0= ik ben nog niet toe aan het draaien van verantwoordelijke diensten
5= ik ben helemaal klaar voor het onder begeleiding draaien van verantwoordelijke diensten
0100

Slide 42 - Sondage

Confabuleren betekent:
timer
1:00
A
fabeltjes vertellen omdat je het leuk vindt
B
steeds het zelfde zeggen
C
verhalen vertellen om gaten in geheugen op te vullen
D
liegen omdat je iets gedaan hebt wat niet mag

Slide 43 - Quiz

afasie is een:
timer
1:00
A
Spraakstoornis
B
Taalstoornis
C
aandoening waardoor je niet kunt praten
D
stoornis waarbij je voorwerpen niet herkent

Slide 44 - Quiz

persevereren is:
timer
1:00
A
verhalen verzinnen
B
voorwerpen niet herkennen
C
niet stil kunnen zitten
D
het steeds herhalen van een woord of handeling

Slide 45 - Quiz

Agnosie betekent:
timer
1:00
A
het onvermogen om geluiden en/of voorwerpen te herkennen
B
het onvermogen om een gesprek te voeren
C
het onvermogen om jezelf aan te kunnen kleden
D
het onvermogen om je zelf te verzorgen

Slide 46 - Quiz

decorum verlies is:
timer
1:00
A
het verlies van je taalbegrip
B
het verlies van waarden en normen
C
het verlies van je visuele vermogen
D
het verlies van je auditieve vermogen

Slide 47 - Quiz

Apraxie is:
timer
1:00
A
de volgorde van woorden door elkaar halen
B
de voorwerpen niet meer kunnen herkennen
C
de volgorde van een handeling of de handeling zelf niet meer uit kunnen voeren
D
een taal en spraak stoornis

Slide 48 - Quiz

CVA staat voor:
timer
1:00
A
centraal vasculair accident
B
cerebro vasculair accident
C
cerebro vasculair accent
D
cerebro vocaal accident

Slide 49 - Quiz

Ik vond de informatie in deze les helpend omdat......
ik vond de informatie in deze les niet helpend omdat.......

Slide 50 - Question ouverte