Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Opbouw les
Terugblik
Huiswerk bespreken
Uitleg nieuwe lesstof
Aan de slag
Slide 1 - Diapositive
Terugblik:
Twee soorten reclame
Lay-out
Terugblik
Slide 2 - Diapositive
Wat zijn de verschillen tussen een lineaire hypotheek en annuïteitenhypotheek?
Slide 3 - Question ouverte
Jacob heeft een lineaire hypotheek afgesloten voor €360.000 met een looptijd van 30 jaar tegen 2,3% rente. Hoeveel lost hij jaarlijks af op deze lening?
Slide 4 - Question ouverte
Jacob heeft een lineaire hypotheek afgesloten voor €360.000 met een looptijd van 30 jaar tegen 2,3% rente. Hoeveel euro rente betaalt hij in jaar 2?
Slide 5 - Question ouverte
Aan de slag
Lezen samenvatting 1.3
Keuze:
Gelijk maken van zelftest als je denkt het al aardig te weten.
of
Maken van opdrachten 1.3. Dit kan samen met de docent of je kunt zelf aan de slag.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Opbouw les
Terugblik
Huiswerk bespreken
Uitleg nieuwe lesstof
Aan de slag
Slide 21 - Diapositive
eindwaarde van een bedrag
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Een kapitaal groot € 4.000,- staat gedurende een looptijd van 4 jaar op een spaarrekening tegen 3% samengestelde interest per kwartaal. Bereken de eindwaarde van het kapitaal na 4 jaar.
Slide 28 - Question ouverte
Op 1 januari 2011 is er €2.000 gestort op een spaarrekening tegen 3,75% samengestelde rente. Bereken de eindwaarde op 1 januari 2020
Slide 29 - Question ouverte
Aan de slag
Lezen samenvatting 1.4
Keuze:
Gelijk maken van zelftest als je denkt het al aardig te weten.
of
Maken van opdrachten 1.4. Eindwaarde van een bedrag. DFG-bank. Dit kan samen met de docent of je kunt zelf aan de slag.