KV: Veiligheid en EHBO deel A/B/C

Werken aan veiligheid en EHBO
deel A,B, en C
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Werken aan veiligheid en EHBO
deel A,B, en C

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al EHBO?

Slide 2 - Carte mentale

Wat doet een AED?
A
Hartslag meten
B
Beoordelen of het nodig is een schok te geven
C
Schok geven
D
Hartslag meten, beoordelen en schok geven

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

Hier komt het zuurstof rijke bloed het hart binnen.
A
rechter boezem
B
rechter kamer
C
linker boezem
D
linker kamer

Slide 5 - Quiz

Hoe vaak slaat het hart van een gezond volwassen persoon in rust?
A
30-40 per minuut
B
40 - 60 per minuut
C
60 - 70 per minuut
D
80 - 100 per minuut

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

Hoe kun je een dreigende flauwte bij iemand herkennen?
A
gapen, vlekken zien, zweten, wordt bleek
B
druk, heen en weer lopen, zweten
C
gapen, zweten, veel plassen, dorst
D
druk, veel plassen, dorst, wordt bleek

Slide 8 - Quiz

Waarom leg je iemand in een stabiele zijligging?
A
om te voorkomen dat de tong voor de luchtpijp zakt
B
om te voorkomen dat iemands hart stopt
C
zodat je lekker ligt
D
om te zorgen dat iemand warm blijft

Slide 9 - Quiz

Sleep alles wat te maken heeft met verstikken, naar de foto.
onrustig
niet hoesten
benauwd
buiten bewustzijn raken
kan praten
hoesten
angstig
bij bewustzijn blijven

Slide 10 - Question de remorquage

welke zintuigen ken je?

Slide 11 - Carte mentale

Slide 12 - Vidéo

Welke delen van het lichaam beschermd ons oog?
A
ooglid en oogkas
B
ooglid en wimpers
C
wimpers en oogkas
D
schedel en hoornvlies

Slide 13 - Quiz

Waarom is spoelen bij oogletsel zo belangrijk?
A
is prettig voor het slachtoffer omdat het verfrissend is
B
het vuil moet er snel uit zodat het minder schade kan aanrichten
C
dan gaat het bloed weg en kan de arts beter de wond bekijken
D
dan sluit het hoornvlies zich weer

Slide 14 - Quiz

Waar staat de afkorting BHV voor?
A
BedrijfsHulpVaardig
B
BuitenHulpVerlening
C
BedrijfsHulpVerlening
D
BuitenHulpVaardig

Slide 15 - Quiz

welke gevaren zie je?

Slide 16 - Question de remorquage

gevaren in huis

Slide 17 - Diapositive

brandmelder
nooduitgang
verzamel
punt
brand
blusser

Slide 18 - Question de remorquage

verband

Slide 19 - Carte mentale

Dit verband gebruik je om kleine verwondingen af te dekken.
A
dekverband
B
snelverband
C
wonddrukverband
D
Pleister

Slide 20 - Quiz

Dit verband gebruik je om snel een ernstig bloedende wond te verbinden.
A
dekverband
B
snelverband
C
wonddrukverband
D
pleister

Slide 21 - Quiz

Voordat je dit aanlegt moet je de wond schoonmaken met water of iets anders.
A
dekverband
B
snelverband
C
wonddrukverband
D
Pleister

Slide 22 - Quiz

Dit verband leg je aan over een ander verband en zorgt voor druk op de wond.
A
dekverband
B
snelverband
C
wonddrukverband
D
pleister

Slide 23 - Quiz

Noem de 5 regels van EHBO

Slide 24 - Question ouverte

De vijf basisregels EHBO
1. Let op gevaar.
2. Ga na wat er gebeurd is en wat het slachtoffer mankeert.
3. Stel het slachtoffer gerust.
4. Zorg voor professionele hulp.
5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt.

Slide 25 - Diapositive

Open wonden
Gesloten wonden
Huid of slijmvlies beschadigd
Schaafwonden
Snijwonden
Scheurwonden
Huid of slijmvlies is heel
kneuzingen
Chirurgische wond
Inwendige scheur van een orgaan

Slide 26 - Question de remorquage

Eerste hulp bij brandwond, wat doe je als eerst?
A
Een pleister opplakken zodat er geen bacterie in de wond komen
B
Het slachtoffer in de stabiele zijligging leggen
C
Water zoeken om te koelen
D
De huisarts bellen

Slide 27 - Quiz

Een 1ste graads brandwond doet geen pijn en is zwart van kleur.

A
waar
B
niet waar

Slide 28 - Quiz

Eerstgraads
brandwond
Tweedegraads
brandwond
Derdegraads
brandwond

Slide 29 - Question de remorquage