Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Project: schrijven
Les 2
Slide 1 - Diapositive
Voor de vakantie
- Uitnodiging gemaakt voor een klassenuitje naar een All You Can Eat Restaurant.
Slide 2 - Diapositive
Doelen
1. We werken samen aan deze opdrachten.
2. Je kunt een zakelijke email schrijven.
3. Je kent het verschil tussen informele en formele taal.
Slide 3 - Diapositive
Hoe start je jouw emailbericht?
A
Je stelt meteen je vraag.
B
Je denkt eerst aan de aanhef: Beste...
C
Je zorgt voor een goede afsluiting.
Slide 4 - Quiz
Wanneer gebruik je formeel taalgebruik?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is een voorbeeld van formeel taalgebruik?
A
Jo! gast fijn je weer te zien!
B
He Henk, ga je naar de winkel?
C
Bedankt voor uw mail.
D
Groetjes..
Slide 6 - Quiz
Wat is een correcte aanhef voor de mail?
A
Hoi meneer/mevrouw,
B
Beste meneer/ mevrouw,
C
Geachte meneer/ mevrouw,
D
Ha meneer/ mevrouw,
Slide 7 - Quiz
Wat is een correcte slotgroet voor een zakelijke mail?
A
groetjes...
B
Met vriendelijke groet,
C
Doei...
D
Groeten,
Slide 8 - Quiz
Opdracht
Wat? Maken werkblad formeel/informeel taalgebruik
Hoe? Groepjes van twee
Tijd? 10 minuten
Klaar? rustig iets voor jezelf doen
timer
14:00
Slide 9 - Diapositive
Werkblad nabespreken
Slide 10 - Diapositive
Project: schrijven
Les 3
Slide 11 - Diapositive
Voor de vakantie
- Uitnodiging gemaakt voor een klassenuitje naar een All You Can Eat Restaurant.
- Gesproken over formeel en informeel taalgebruik
Slide 12 - Diapositive
Doelen
1. We werken samen aan deze opdrachten.
2. Je maakt een zakelijke email.
Slide 13 - Diapositive
Zakelijke mail
Slide 14 - Carte mentale
In een zakelijke email gebruik je altijd 'u' ipv 'jij.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quiz
Een aanhef is...
A
De opening van de brief
B
Het slot van de brief
Slide 16 - Quiz
Schrijven van een email
Stap 1: Vul het adres in en verzin een onderwerp.
Bijvoorbeeld:
Adres: seh.hagenstein@wellant.nl
Onderwerp: les van vandaag
Slide 17 - Diapositive
Schrijven van een email
Stap 2: Begin je mail met een aanhef.
Bijvoorbeeld:
Geachte mevrouw of meneer,
Slide 18 - Diapositive
Schrijven van een email
Stap 3: Leg uit wie je bent en waarom je mailt.
Bijvoorbeeld:
Mijn naam is Inge Slot en ik ben op zoek naar informatie over de tennisvereniging.
Slide 19 - Diapositive
Schrijven van een email
Stap 4: Leg uit wat je precies wilt vragen.
Bijvoorbeeld:
Wanneer zijn de tennislessen voor 12-jarigen? Hoe lang duren de lessen? Wat zijn de kosten voor een abonnement?
Slide 20 - Diapositive
Schrijven van een email
Stap 5: Sluit je email af met een slotzin.
Bijvoorbeeld:
Alvast bedankt voor de moeite.
Slide 21 - Diapositive
Schrijven van een email
Stap 6: Vergeet niet je naam te noteren.
Bijvoorbeeld:
Met vriendelijke groet,
Inge Slot
Slide 22 - Diapositive
Altijd belangrijk!
Spreek de ander aan met U en blijf netjes.
Maak goede zinnen (let op hoofdletters, punten, komma's en vraagtekens).
Laat eventueel je mail controleren door een ander.
Slide 23 - Diapositive
Een zakelijke email
Slide 24 - Diapositive
Situatie (2)
Iedereen is enthousiast om te gaan eten bij dit restaurant. Je gaat direct reserveren. Later hoor je dat sommige klasgenoten het toch wel duur vinden. Je mentor is het daar mee eens. Hij zegt dat je kunt proberen groepskorting te krijgen.
Opdracht
Open je mailprogramma
Typ in het mailprogramma het adres in: seh.hagenstein@wellant.nl