Funderingen

Funderingen
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
Hout en meubelMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Funderingen

Slide 1 - Diapositive

Wie rekent uit hoe sterk de fundering moet zijn?
A
De projectleider
B
De architect
C
De constructeur
D
De aannemer

Slide 2 - Quiz

Hoe voorkom je dat je ogen beschadigen door de laser?
A
Door met je ogen dicht te werken
B
Door een doek voor de laser te hangen
C
Door de laser niet op ooghoogte te zetten
D
Door je collega te vragen om in de straal te gaan staan

Slide 3 - Quiz

Waarmee wordt een oppervlakte van 400 x 400 mm uitgevlakt
A
Betonschop
B
Afreibalk
C
Hark
D
Grader

Slide 4 - Quiz

De aanlegdiepte van de fundering wordt uitgezet met een bouwlaser.

Slide 5 - Diapositive

Waar lees je af hoe het gebouw ligt ten opzichte van de omgeving?
A
Bestektekening
B
Situatietekening
C
Werktekening
D
Detailschets

Slide 6 - Quiz

Zie doorsnede en beantwoord de vraag in de volgende sheet
Op welke maat moet ik de bouwput laten uitgraven?

Slide 7 - Diapositive

Op welke maat moet ik de bouwput laten uitgraven?

Slide 8 - Question ouverte

De bovenkant van het bouwraam is op hoogte van:
A
Peil
B
Maaiveld
C
NAP
D
Bovenkant fundering

Slide 9 - Quiz

Wat wordt onderzocht bij grondonderzoek?
A
giftigheid draagvermogen obstakels
B
verontreiniging draagvermogen obstakels
C
samenstelling krachtoverbrenging drianage
D
verontreiniging, samenstelling, draagvermogen

Slide 10 - Quiz

Hoe heet het onderzoek wat deze wagen uitvoert? Antwoord volgende dia

Slide 11 - Diapositive

Hoe heet het onderzoek wat deze wagen uitvoert?

Slide 12 - Question ouverte

Wat wordt onderzocht tijdens een sondering?
A
Op welke diepte de dragende laag ligt
B
Wat de samenstelling is van de grond
C
Of er verontreinigde grond is
D
Het vochtpercentage van de grond

Slide 13 - Quiz

Hoe zorg je ervoor dat een traditionele bekisting stevig staat en niet scheef zakt?
A
Door de bekisting netjes waterpas en op bruggetjes te plaatsen.
B
Door de zijschotten af te schoren met schoren en piketten.
C
Door de zijschotten van binnenuit aan de klampen te schroeven.
D
Door overal gebruik te maken van stevige duplexnagels.

Slide 14 - Quiz

Waarom zou je een PS bekisting kiezen ipv een houten bekisting?
A
PS bekisting houdt regenwater tegen en is licht van gewicht.
B
PS bekisting is lichtgewicht, isolerend en werkt erg snel.
C
PS bekisting is licht, herbruikbaar en dus duurzaam.
D
Houten bekisting kun je sneller volstorten.

Slide 15 - Quiz

Wat bepaalt de aanlegdiepte een vorstrand
A
Die bepaalt de constructeur via een sterkteberekening
B
De belasting (het gewicht) van het bouwwerk.
C
De gewenste diepte van de kruipruimte.
D
De vorstvrije grens.

Slide 16 - Quiz

Wat voor type fundering is dit?
geef je antwoord op de volgende sheet

Slide 17 - Diapositive

Wat voor type fundering is dit?

Slide 18 - Question ouverte

Wat gebeurt er als een houten heipaal boven het grondwater uitkomt?
A
Dan kan er vorst onder het gebouw dringen.
B
Dan ontstaat paalrot en verliest draagkracht.
C
Dan gebeurt er niks bijzonders.
D
Dan wordt de paal zichtbaar.

Slide 19 - Quiz

Hoe lang duurt het voordat beton 100% is uitgehard
A
2 dagen
B
26 dagen
C
28 dagen
D
29 dagen

Slide 20 - Quiz

Wat betekent geroerde grond
A
Grond die bewogen is door een graafmachine
B
Verontreinigde grond
C
Grond waar bodemonderzoek op gedaan is
D
Schone bouwgrond voor in de bouwput

Slide 21 - Quiz

Wat is betonplex?
A
Goedkoop plaatmateriaal voor bekistingschotten
B
Beweging in betonconstructies
C
Speciaal plexiglas als bekistingsmateriaal
D
Multiplex met een gladde toplaag waar beton niet op hecht

Slide 22 - Quiz

Wat betekent drainage
A
Water afvoeren met een pomp
B
Water tot een bepaalde hoogte brengen
C
Water via sloten en buizen op afschot weg laten stromen
D
De bouwput vol laten lopen met water

Slide 23 - Quiz

Hoe wordt een houten bekisting na het ontkisten schoongemaakt?
A
Compressor en lucht
B
Met borstels en bezems
C
Met de stofzuiger
D
Met water en een borstel

Slide 24 - Quiz

Wat zijn baddingen
A
Dunne houten regels voor de fundering
B
Planken die gebruikt worden als schoren
C
Zware houten balken van 150 * 70
D
Verstevigingslatten van de bekisting

Slide 25 - Quiz

Welke handeling volgt na het verdichten van de beton?
A
Aantrillen
B
Afwerken
C
Sparingen aanbrengen
D
Ontkisten

Slide 26 - Quiz

Wat zijn avegaarpalen
A
Schroef heipalen die ter plekke gestort worden
B
Een soort prefab heipalen
C
Houten heipalen
D
Metalen funderingspalen

Slide 27 - Quiz