Week 38

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Regels en afspraken:

  • Als docent/ iemand aan het woord is, is de rest Stil/ Silencio!!
  • Beleefd zijn en respect voor elkaar hebben
  • Spullen in orde (boek, schrift, huiswerk etc.,) = MV
  • Geen laptops op tafel zonder toestemming 
  • WC/ kluisjes voor de les gaan = TL

3X waarschuwing: uit de les en gaan melden


Slide 2 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy?
  • Bienvenida y Corregir - 10 min
  • Quizlet - 15 min
  • Los artículos - lidwoorden - 30 min
  • Pauza -  5 min
  • Leer - 10 min

Doel: Aan het eind van deze les:
  • ken ik de lidwoorden in het Spaans en kan ik ze gebruiken
  • Kan ik een korte tekst lezen
  • leer ik nieuwe woordenschat 

Slide 3 - Diapositive

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Hoy es ___________ de_______ 

Slide 4 - Diapositive

QUIZLET 
Oefen de voca via quizlet
Link staat onder huiswerk in magister

Geen verbinding
Alle wifi vergeten en dan opnieuw verbinden 

Geen Laptop/baterij
Je schrijft de woordjes over in je schrift



timer
15:00

Slide 5 - Diapositive

 Luister daarna naar onderstaande zinnen. Wat hoor je? Un of una, el of la? Kies de juiste vorm.
Werkboek (WB)  pág 13 ej 8

1. Bart es un / una chico. Es el /  la chico holandés
2. Bellicia es un / una chica. Es el  / la chica francesa. 
3. Cantan un /  una canción. Es el / la canción 'Si te vas' de Shakira. 
4. Es un / una camping. Es el / la camping Mas Nou. 
Luisterfragment

Slide 6 - Diapositive

Repaso: los artículos
Li
de lidwoorden
Clave D
Tekstboek (TB) pág 13

Slide 7 - Diapositive

Busca el error (fout)!

el libros son rojos.

Slide 8 - Question ouverte

bepaald
enkelvoud
meervoud
mannelijk
el
los
vrouwelijk
la
las
onbepaald
enkelvoud
meervoud
mannelijk
un
unos
vrouwelijk
una
unas
De Nederlandse vertaling is 
de/het
De Nederlandse vertaling is 
een/een paar

Slide 9 - Diapositive

Mannelijke en vrouwelijke zelfstandig naamwoorden?
Hoe herken je die in het Spaans?
Mannelijke zelfstandig 
naamwoorden eindigen op:
 -O: zoals EL libro (het boek), EL niño  (de jongen), EL cuaderno (het schrift)
 -L: zoals EL hotel (het hotel), EL árbol (de boom) 
 -AJE: zoals EL equipaje (de bagage), EL garaje (de garage)
 -OR: zoals EL amor (de liefde) EL vendedor (de verkoper)


Vrouwelijke zelfstandig naamwoorden eindigen op:
-A: zoals LA casa (het huis), LA niña 
(het meisje) LA bicicleta (de fiets)
-SIÓN: LA decisión (de beslissing) 
-CIÓN: LA estación (het station) 
-DAD: LA edad (de leeftijd) LA verdad (de waarheid)
-TAD: LA libertad (de vrijheid),
 -ED: LA pared (de muur)


Slide 10 - Diapositive

Kies het juiste lidwoord bij onderstaande woorden.


Amigos
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 11 - Quiz

Canción
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 12 - Quiz

estaciones
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 13 - Quiz

hotel
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 14 - Quiz

camping
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 15 - Quiz

chico
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 16 - Quiz

padres
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 17 - Quiz

hermana
A
el
B
la
C
los
D
las

Slide 18 - Quiz

El plural 
Als je een Spaans woord in het meervoud zet komt er 's' of 'es' bij.

  • Eindigt een zelfstandig naamwoord op een klinker (A/E/O/U/I)?    +s
  • Eindigt een zelfstandig naamwoord niet op een klinker?                   +es


La mesa >    Las mesas                            El rotulador  >   Los rotuladores 
El libro    >    Los libros                              Una ciudad   >   Unas ciudades
het meervoud
Vergeet niet dat je ook het lidwoord moet aanpassen naar het meervoud!

Slide 19 - Diapositive

Combineer de juiste woorden met de Spaanse vertaling.
een camping
de vriend
het zwembad
een zwembad
de tent
een tent
de camping
een vriend
una piscina
un camping
el camping
una tienda
la tienda 
un amigo
el amigo
la piscina

Slide 20 - Question de remorquage

Sleep de woorden bij het juiste meervoudsvorm in het Spaans.
+S
+ES
autobús
profesor
ciudad
hermano
estudiante
azul
mesa
televisión
mono
chica

Slide 21 - Question de remorquage

Korte pauze
Una pauza
timer
5:00

Slide 22 - Diapositive

Recuerdos de Figueras, TB página 12
  1. Samen ansichtkaart lezen.
  2. In WB: maak ejercicios 6 & 7, pág 12 & 13
  3. Eerder Klaar? 
  • Neem door frases clave E Tb pág 13
timer
3:00

Slide 23 - Diapositive

Ejercicio 6a
1 Camping Mas Nou.
2 Castelló d’Empúries.
3 17486
4 vier : Engels, Spaans, Frans en Nederlands.
5 c
6 Op de ansichtkaart staan afbeeldingen van een strand en een haven.

Ejercicio 6b
1 Rico
2 c
3 Dat het erg groot is.
4 Bart.
5 Hij is 14 jaar en hij is Nederlands.
6 b
7 Rechtsboven op de ansichtkaart staat dat het 38 graden is.

Slide 24 - Diapositive

Opdracht 4
Frases Clave

Slide 25 - Diapositive

Evaluatie les, Schrijf dit puntsgewijs op, zelfde manier als hoe de vraag staat.

1. Noem één ding dat je makkelijk vond in deze les
2. Noem één ding dat je moeilijk vond.
3. Noem één ding dat je leuk/ interessant vond
4. Welk woord heb je geleerd?

Slide 26 - Question ouverte