Week 3 - kernzinnen en onbekende woorden

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Nederlands

16 september 2024

Vandaag

• Uitleg kernzinnen
• Uitleg herhaling woordraadstrategieën leerjaar 1
• Introductie nieuwe woordraadstrategieën
• Aan de slag
• Traktatie

Alineaopbouw

Een alinea is opgebouwd uit een kernzin .

De kernzin vind je meestal aan het begin van een alinea

Wat is een kernzin?

1. De eerste zin van de inleiding
2. De laatste zin van het slot
3. De belangrijkste zin van een tekst
4. De belangrijkste zin van een alinea

Kernzin

Kernzin =  de belangrijkste zin van een alinea

Als je de kernzinnen van alle alinea's achter elkaar zet (en wat woorden aanpast), dan heb je dus eigenlijk een samenvatting van de tekst.

AAN DE SLAG!!!

Er volgen 4 alinea's van een tekst over het opsporen van aardbevingen vanuit de ruimte.

Kies telkens welke zin de kernzin is.

Welke zin is de kernzin?

1. eerste zin
2. Zin 2
3. laatste zin

Welke zin is de kernzin?

1. eerste zin
2. Zin 2
3. laatste zin

Welke zin is de kernzin?

1. eerste zin
2. Zin 2
3. laatste zin

Welke zin is de kernzin?

1. eerste zin
2. Zin 2
3. laatste zin

Wat is een woordraadstrategie?

Welke woordraadstrategieën ken je?

Wat is een synoniem?

Hoe gebruik je synoniem als woordraadstrategie?

Wat is een omschrijving?

Hoe gebruik je een omschrijving als woordraadstrategie?

Wat is een voorbeeld?

Hoe gebruik je een voorbeeld als woordraadstrategie?

Wat is een tegenstelling?

Hoe gebruik je een tegenstelling als woordraadstrategie?

Daar voegen we drie woordraadstrategieën aan toe...

Wat weet je al over een samenstelling?

Waarom zou een samenstelling je kunnen helpen?

Wat weet je al over een afleiding?

Welke afleidingen ken je?

Afleidingen

• onthaasten; ontbossen; ont- wil hier zeggen ‘het tegenovergestelde’, ‘weg’ of ‘niet’;
  
• misleiden; misdaad; mislukken; mis- betekent hier ‘verkeerd’ of ‘niet’.
  
• gedachteloos; doelloos; -loos wil zeggen ‘zonder’;
  
• voedzaam; volgzaam; -zaam wil zeggen ‘geschikt om’;
  
• herbruikbaar; verplaatsbaar; her- wil zeggen ‘opnieuw’; -baar wil zeggen ‘mogelijk’; ver- wil hier zeggen ‘anders’.
  

De laatste: woord uit een andere taal

De betekenis van een woord uit een andere taal gebruiken.

• Let op woorden waarin je in een woorddeel de betekenis van een woord uit een andere taal herkent:
  
• detecteren, van het Engelse ‘to detect’ (ontdekken; opsporen);
  

arrangement, van het Franse ‘arranger’ (regelen; organiseren).

apps.noordhoff.nl

Aan de slag

Afmaken opdracht 2 blz 12/13, onderstreep de kernzinnen van tekst 2

Daar krijg je tien minuten voor, na tien minuten gaan we nakijken

Klaar? Maken blz 15 t/m 19, opdracht 1 t/m 4

Tijd? Einde les, anders huiswerk

Vragen? Steek je vinger op.