year 3 lesson 4
1 / 23
La durée de la leçon est: 80 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Welk woord gebruikt Richard Hammond om aan te geven dat de katten slim zijn
A
clever
B
smart
C
daft
Slide 8 - Quiz
hoe hoog kunnen katten springen?
... keer hun eigen lengte.
... keer hun eigen lengte.
Slide 9 - Question ouverte
"pound for pound," missen wij als mensen iets wat katten wel hebben
A
kracht
B
elegantie
C
nauwkeurigheid
D
zowel a, b en c
Slide 10 - Quiz
voordat de kat springt neemt ze een andere positie aan, welke ?
A
gebukt
B
gestrekt
C
liggend
D
gedraaid
Slide 11 - Quiz
Deze "leaping skill" word door katten in het wild gebruikt om te...
A
slapen
B
eten
C
jagen
D
spelen
Slide 12 - Quiz
Hoe heet de laatste kat in het filmpje
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Vidéo
Wat wil het jongetje?
A
een lolly
B
een ijsje
C
een pak slaag
D
een aardappel
Slide 16 - Quiz
Hoeveel seconden moet naptime aangebracht worden op het kind om effect te krijgen?
A
10-20 seconden
B
15-20 seconden
C
8-10 seconden
D
10-12 seconden
Slide 17 - Quiz
Voordat haar vriendin met Naptime kwam, wat dacht de vrouw dat de enige oplossing zou zijn?
Slide 18 - Question ouverte
Slide 19 - Question de remorquage
Waar "bewaart" het stel hun kind?
A
in een doek
B
in een schoenendoos
C
in een wieg
D
in een auto
Slide 20 - Quiz
waar is de Dreamsack handig voor?
A
thuis
B
in de natuur
C
op straat
D
onderweg
