De balans
1 / 10
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Welke bewering is juist?
A
Eigen vermogen = debet
B
Credit = Actief
C
Credit = Passief
D
Bezittingen = Passief
Slide 2 - Quiz
Wat begrijpt men onder 'Mensen die ons nog moeten betalen'?
A
Debiteuren
B
Crediteuren
Slide 3 - Quiz
Welke drie rubrieken geeft men weer op de creditzijde?
Slide 4 - Question ouverte
Klopt deze stelling: Actief = Debet en Passief = Credit
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quiz
Wat behoort er tot de liquide middelen?
A
Tegoeden van klanten
B
Kas/bank
C
Machines
D
voorraden
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
De balans
Slide 8 - Carte mentale
Rollend materieel
Transportmiddelen, bijvoorbeeld bestelwagen.
