2.1 les 1

Historisch Context: Duitsland in Europa (1918-1991)
2.1 Duitsland: van de Eerste naar de Tweede Wereldoorlog 
les 1
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Historisch Context: Duitsland in Europa (1918-1991)
2.1 Duitsland: van de Eerste naar de Tweede Wereldoorlog 
les 1

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen

1 Je kunt uitleggen waarom Duitsland in de periode 1918-1920 te maken kreeg met politieke chaos en je kunt die chaos beschrijven.

2 Je kunt verklaren waarom het niet lukte om tussen 1919 en 1933 van Duitsland een stabiele parlementaire democratie te maken.

3 Je kunt territoriale, militaire en financiële bepalingen uit het Verdrag van Versailles noemen en je kunt uitleggen hoe de meeste Duitsers hierover dachten. 






3 Je kunt territoriale, militaire en financiële bepalingen uit het Verdrag van Versailles noemen en je kunt uitleggen hoe de meeste Duitsers hierover dachten. 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Kenmerkende aspecten

37 De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.

38 Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme.

39 De crisis van het wereldkapitalisme.

40 Het voeren van twee wereldoorlogen.

41 Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden.

42 De Duitse bezetting van Nederland.

L








Slide 4 - Diapositive

Leidende vraag

Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland en Europa (1918-1945)?









Slide 5 - Diapositive

Leg uit dat binnenlandse problemen in Duitsland er voor zorgden dat de Eerste Wereldoorlog sneller eindigde.

Slide 6 - Question ouverte

In het najaar van 1918 bleek dat er een groot verschil bestond tussen de werkelijke situatie aan het front en het beeld dat de meeste Duitsers daarvan hadden? Welk begri[ past daar het beste bij.
A
Censuur
B
Dictatuur
C
Propaganda
D
Persvrijheid

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Wat hebben deze afbeeldingen te maken met de gevoelens van de Duitsers na de oorlog? Leg dat uit.

Slide 9 - Diapositive

Keizer Wilhelm II krijgt van de militaire staf het advies het land te verlaten

Slide 10 - Diapositive

Theorie


Duitsland moet zonder keizer verder: 

Dus door het lange wachten gingen de leden van de Duitse regering over tot beëindigen van de oorlog in de Rijksdag, het parlementsgebouw.  Het is dus niet het leger dat zich overgeeft.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

de Vrede van Versailles
A
werd in 1918 gesloten
B
werd opgesteld door o.a. Engeland, Frankrijk en Duitsland
C
kwam hard aan in Duitsland
D
betekende het einde van de gevechten in WO I

Slide 13 - Quiz


Wat is GEEN onderdeel van de Vrede van Versailles?
A
Demilitairisatie
B
Duitsland moest 10% land afstaan
C
Duitsland moest alle koloniën afstaan
D
Duitsland mocht geen leger meer hebben

Slide 14 - Quiz


Verdrag?! Dictaat!




In Duitsland is grote onvrede en spreekt men
liever van het Dictaat van Versailles

Slide 15 - Diapositive

Vóór...
...na

Slide 16 - Diapositive

Gevolg?
  • Opkomst van Hitler: hij speelt in op de Duitse onvrede over het Verdrag van Versailles

  • Uiteindelijk ook de Tweede Wereldoolog, waarbij Hitler er alles aan zou doen om de gevolgen van het Verdrag van Versailles te vernietingen...en daarin ook slaagt. 

Slide 17 - Diapositive

Versailles en de Republiek van Weimar
De Republiek van Weimar

  • 1919 Republiek van Weimar
  • = Parlementaire democratie
  •  
  • Regering niet populair bij volk

Slide 18 - Diapositive

TDe gekozen politici waren er niet gerust op dat Duitsland op de langere termijn democratisch zou blijven.

Welke maatregel bouwden zij als een extra veiligheid in?

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Wat is de dolkstootlegende?

Slide 21 - Question ouverte

Versailles en de Republiek van Weimar
De Republiek van Weimar

  • Dolkstootlegende
  • Het idee dat de oorlog is verloren door de regering, niet door het leger

Slide 22 - Diapositive

Voormalig keizer Wilhelm II beschrijft in 1922 
waarom Duitsland de oorlog verloor:

‘De Duitse arbeidersstand heeft onder mij te velde schitterend gestreden en ook thuis jarenlang gezorgd voor munitie en oorlogsgerei. Dat mag niet vergeten worden. Pas later begon hij te wankelen. Dat was echter de schuld van de woelgeesten en de omverwerpers, niet van het fatsoenlijke, vaderlandslievende deel van de arbeidersscharen. De gewetenloze opruiers zijn de waarlijk schuldigen aan Duitslands volkomen ineenstorting. Dat zullen te eniger tijd de arbeiders zelf leren inzien.’
In bron 2 geeft de vroegere keizer Wilhelm II een gekleurde voorstelling van zaken over wat er in november 1918 in Duitsland gebeurde.

Licht dit toe door:
- aan te geven dat Wilhelm II een aanhanger is van de dolkstootlegende,
- uit te leggen dat deze voorstelling van zaken niet in overeenstemming is met de werkelijke gang van zaken in november 1918.



Examenvraag (blz. 2?? opdr 2)

Slide 23 - Diapositive

nabespreking
Vergelijk je eigen antwoord met het modelantwoord.

Wat doe je goed en wat kan beter?

Slide 24 - Diapositive

Voormalig keizer Wilhelm II beschrijft in 1922 
waarom Duitsland de oorlog verloor:

‘De Duitse arbeidersstand heeft onder mij te velde schitterend gestreden en ook thuis jarenlang gezorgd voor munitie en oorlogsgerei. Dat mag niet vergeten worden. Pas later begon hij te wankelen. Dat was echter de schuld van de woelgeesten en de omverwerpers, niet van het fatsoenlijke, vaderlandslievende deel van de arbeidersscharen. De gewetenloze opruiers zijn de waarlijk schuldigen aan Duitslands volkomen ineenstorting. Dat zullen te eniger tijd de arbeiders zelf leren inzien.’
In bron 2 geeft de vroegere keizer Wilhelm II een gekleurde voorstelling van zaken over wat er in november 1918 in Duitsland gebeurde.

Licht dit toe door:
- aan te geven dat Wilhelm II een aanhanger is van de dolkstootlegende,
- uit te leggen dat deze voorstelling van zaken niet in overeenstemming is met de werkelijke gang van zaken in november 1918.



Examenvraag (blz. 2?? opdr 1)
Antwoordmodel

  • Wilhelm II legt de schuld van de ineenstorting bij gewetenloze opruiers, woelgeesten en omverwerpers. De brave arbeiders en soldaten treft geen blaam. Dat is de kern van de dolkstootlegende. (1 punt)
  • Wilhelm II suggereert dat de nederlaag van het Duitse leger (‘Duitslands volkomen ineenstorting’) het gevolg was van de ‘woelgeesten en omverwerpers’ in Duitsland zelf. In werkelijkheid was de weerstand van het Duitse leger aan het front gebroken. (2 punten)

Slide 25 - Diapositive

Versailles en de Republiek van Weimar
Superinflatie

  • Problemen in Weimar:
  • - Veteranen geen werk
  • - Geweld op straat
  • - Superinflatie --> Crisis

Slide 26 - Diapositive

1

Slide 27 - Vidéo

Leg uit dat de hyperinflatie van 1923 een gevolg was van de in Versailles gemaakte afspraken.

Slide 28 - Question ouverte

bezetting Ruhrgebied

Slide 29 - Diapositive

Dawesplan 1924

Slide 30 - Diapositive

huiswerk
Lees HC par 2.1

De eerste economische crisis t/m
De tweede economische crisis

maak een samenvatting of arceer de belangrijke delen

Slide 31 - Diapositive