anw + Zvw/Wlz/WMO - les 3

1 / 57
suivant
Slide 1: Diapositive
RechtenMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 57 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

oefenen met de ANW
oefeningen met de ANW over:
  • wanneer ben je verzekerd
  • wanneer heb je hier recht op
  • wat is de hoogte van de utkering

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maria komt te overlijden. Ze hebben geen kinderen. Heeft Henk haar man nu recht op een nabestaandenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Monisha en Rashid zijn getrouwd en hebben een dochtertje van 3. Monisha krijgt een ongeluk en komt te overlijden. Heeft Rashid nu recht op een nabestaandenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Rashid wil weten hoe hoog zijn ANW-uitkering is. Hij heeft al een ww-uitkering van 1200 euro. Is zijn ww-uitkering van invloed op de hoogte van zijn nabestaandenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bart en Anne wonen in eindhoven met hun 2 minderjarige kinderen. Zijn Bart en Anne verzekerd voor de wezenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bart en Anne die wonen in Eindhoven met hun 2 minderjarige kinderen, krijgen een ongeluk. Bart overlijdt. Hebben hun 2 kinderen nu recht op een wezenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het wordt nog erger, want Anne wordt ziek en overlijdt een jaar later alsnog. Hebben de kinderen nu recht op een wezenuitkering?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Siem en Job, de kinderen van Bart en Anne, zijn 9 en 10 jaar oud als Anne overlijdt. Krijgen zij allebei dezelfde bedragen?
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de hoogte van de wezenuitkering voor een 16 jarige?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorg vanuit het sociaal zekerheidsstelsel

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wlz
we gaan hier oefenen  met de Wlz

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de Wlz is een
A
sociale voorziening
B
een privaatrechtelijke regeling
C
een volksverzekering
D
werknemersverzekering

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Anwar woont in Duitsland, maar werkt in Enschede bij de gemeente. Is hij verzekerd voor de Wlz?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is géén voorwaarde om een ciz-indicatie te kunnen krijgen?
A
je kunt alleen nog deelnemen aan de maatschappij met een rolstoelvoorziening
B
je hebt 24u per dag toezicht nodig
C
je hebt 24u per dag zorg nodig

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke instelling regelt de indicatie voor de Wlz en dús of je recht hebt op zorg vanuit de Wlz?
A
zorgverzekeraar
B
CAK
C
CIZ
D
SVB

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke zorg valt niet onder zorg vanuit de Wlz?
A
verblijf in een instelling
B
24u zorg aan huis
C
maaltijdzorg aan huis

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wie regelt de eigen bijdrage bij Wlz-zorg?
A
CAK
B
CIZ
C
zorgkantoor
D
zorgverzekeraar

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zvw
We gaan hier oefenen met de Zvw

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de Zvw is ...
A
een privaatrechtelijke regeling
B
een publiekrechtelijke regeling
C
een volksverzekering
D
een sociale voorziening

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef aan wanneer je verzekerd bent voor de Zvw én of je daar zelf iets voor moet doen

Slide 39 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het feit dat een zorgverzekeraar je niet mag weigeren voor een zorgverzekering?
A
zorgplicht
B
acceptatieplicht
C
verzekeringsplicht

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

op welke zorg heeft iedereen met een zorgverzekering recht?
A
op iedere zorg die nodig is
B
op de zorg die valt onder het basispakket
C
op de zorg die valt onder het aanvullend pakket

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

valt alle zorg onder het verplicht eigen risico?
A
ja
B
nee

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor welke zorg geldt het eigen risico wel?
A
kraamzorg
B
bezoek aan een huisarts
C
zorg voor minderjarige kinderen
D
kosten voor medicijnen

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Anne heeft last van buikpijn. Ze gaat naar een huisarts. Deze huisarts schrijft haar een homeopathisch geneesmiddel voor.
In de polisvoorwaarden bij dit geneesmiddel staat onder andere het volgende:
Homeopathische geneesmiddelen tegen buikpijn behoren tot de alternatieve zorg en worden niet vergoed.
Leg uit of Sanne op grond van deze polisvoorwaarden recht heeft op vergoeding van het homeopathisch geneesmiddel.

Slide 44 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bas heeft last van zijn rug. Hij wil hier iets aan doen en besluit om een abonnement bij een sportschool af te sluiten. Hij wil weten of hij recht heeft op vergoeding ogv zijn zorgverzekering.
In de polisvoorwaarden staat dat hij bij rugpijn recht heeft op vergoeding van de kosten van door een fysiotherapeut begeleide behandelingen.

Leg uit of Bas op grond van deze polisvoorwaarden recht heeft op vergoeding van de kosten van de sportschool.

Slide 45 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

welke premie betaal je naast je nominale premie nog meer?

Slide 46 - Question ouverte

inkomensafhankelijke bijdrage

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 49 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 50 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 51 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WMO
we gaan hier oefenen met de WMO

Slide 52 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de WMO is een..
A
volksverzekering
B
werknemersverzekering
C
sociale voorziening
D
private regeling

Slide 53 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je recht op WMO ondersteuning voor bijvoorbeeld een beperking ook als je een partner hebt die je hiermee kan helpen?
A
ja
B
nee

Slide 54 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je de individuele ondersteuning vanuit de WMO?

Slide 55 - Question ouverte

Maatwerkvoorzieningen
is een vervoersvoorziening een maatwerkvoorziening?
A
ja
B
nee

Slide 56 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

is een maaltijdservice een maatwerkvoorziening?
A
ja
B
nee

Slide 57 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions