Instructie les 1

       Nederlands
                  Instructie schrijven
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

       Nederlands
                  Instructie schrijven

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?

instructie schrijven

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Lezen
  2. Uitleg 'Instructie geven' 
  3. Aan de slag
  4. Afsluiting les

Slide 3 - Diapositive

Start met schrijfvaardigheid
  • Je leert dat er verschillende soorten instructies en handleidingen zijn.

  • Je leert aan welke kenmerken een goede instructie voldoet.

  • Je leert een instructie te beoordelen op kwaliteit wat betreft opbouw en formulering.

Einddoel: Ik kan een instructie schrijven.

Slide 4 - Diapositive

Waar denk je aan bij een instructie?
Noteer in 1 minuut zo veel mogelijk, doe dat in steekwoorden.
timer
1:00

Slide 5 - Diapositive

Instructie
In een instructie leg je iemand stap voor stap uit wat hij moet doen. 

Voorbeelden van instructieteksten zijn een recept of een gebruiksaanwijzing. 

Slide 6 - Diapositive

Wat is het doel van een instructie? Wat is belangrijk?

Slide 7 - Diapositive

Hoe schrijf je een instructie?
Maak aantekeningen en beantwoord de vragen tussendoor.

Slide 8 - Diapositive

1. Maak direct duidelijk waar de instructie over gaat.

Slide 9 - Diapositive

2. Geef de informatie stap voor stap. 

Gebruik je hiervoor korte of lange zinnen?

Slide 10 - Diapositive

3. Zet alles in de volgorde waarin de ander het moet uitvoeren.

Waarom?

Slide 11 - Diapositive

4. Begin elke zin met een werkwoord, zoals ...
(gebiedendewijs) 

Slide 12 - Diapositive

pak, doe, neem, schroef, etc.

Slide 13 - Diapositive

5. Gebruik signaalwoorden, zoals ...

Slide 14 - Diapositive

om te beginnen, 
eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte.

Slide 15 - Diapositive

Tussentijdse opdracht
In deze instructie ontbreken signaalwoorden. Waar zou jij signaalwoorden plaatsen? Let op: voeg in elke zin een signaalwoord toe!

timer
3:00

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

6. Voeg zo mogelijk een illustratie toe.

Waarom?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

7. Zet (eventueel) boven de instructie een lijstje met dingen die je nodig hebt.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

AAN DE SLAG: 
OPDRACHT :
Hoe schrijf je instructie voor het smeren van een boterham met pindakaas én hagelslag?



Doe dit aan de hand van je aantekeningen en beschrijf de stappen zo gedetailleerd mogelijk.
timer
10:00

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Les afsluiten
a

Slide 24 - Diapositive