Grammar: to be and to have got

Welcome class:today ...
Vandaag gaan we verder met het werkwoord to have (got)

Doel: aan het eind van de les kunnen we de vorm van to be  & to have ( got) toepassen.
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welcome class:today ...
Vandaag gaan we verder met het werkwoord to have (got)

Doel: aan het eind van de les kunnen we de vorm van to be  & to have ( got) toepassen.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Uitleg ...
Er valt weinig uit te leggen je moet dit rijtje gewoon goed onthouden!!

Slide 3 - Diapositive

to be = zijn
I
You

She
He
It

We
You
They
Am
Are

Is
Is
Is

Are
Are 
Are
'm
're

's
's
's

're 
're
're
Je mag het ook afkorten:
I
You

She
He
It

We
You
They

Slide 4 - Diapositive

have got = hebben
I
You

She
He 
It

We 
You 
They
I
You

She
He 
It

We 
You 
They
Je mag het ook afkorten:
have (got)
have (got)

has (got)
has (got)
has (got)

have (got)
have (got)
have (got)
've (got)
've (got)

's (got)
's (got)
's (got)

've (got)
've (got)
've (got)

Slide 5 - Diapositive

you 
He/she/it 
We/you/they
am
are 
is 
have (got) 
has got
Ik
Wij 
've got
's got 
'am 
're 

Slide 6 - Question de remorquage

Greg ____ beautiful long hair. His parents _____ short grey hair.
A
have - has
B
has - have
C
has - has
D
have - have

Slide 7 - Quiz

I ____ a boy and I _____ a lot of friends.
A
am - am
B
am - has
C
am - have
D
are - have

Slide 8 - Quiz

My dad ____ blond hair, my mom ____ brown hair. They ____ 57 years old.
A
has - has - is
B
have - has - are
C
has - has - are
D
have - have - is

Slide 9 - Quiz

Uit welke drie woorden kan ik kiezen
als ik 'to be' zie staan?

Slide 10 - Question ouverte

Uit welke twee woorden kan ik kiezen
als ik 'to have' zie?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Lien

Slide 13 - Lien

Ik kan de juiste vorm van to be & to have ( got) gebruiken.
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
misschien

Slide 14 - Quiz