Les 10 1.2 01-11

Welkom bij BINASK
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BinaskPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom bij BINASK

Slide 1 - Diapositive

Deze les
1 Eerst herhaling 1.2
2 Uitleg 1.2
3 Aan de slag

Slide 2 - Diapositive

Regels van jullie:

Slide 3 - Diapositive

Wat zijn mijn belangrijkste regels?

- Stilte tijdens uitleg
- Als je iets wilt zeggen of wilt vragen steek je, je vinger op
- Niet op je telefoon tijdens de les
- Niet eten en drinken in de les
- Schoolspullen, schrift en boeken mee
- Huiswerk af (magister)

Slide 4 - Diapositive

Alles wat leeft noem je een:
A
Dier
B
Levende dingen
C
Organismen
D
Universum

Slide 5 - Quiz

Hoe kun je waarnemen?

Slide 6 - Question ouverte

Als je de poten van een insect wilt bekijken gebruik je:
A
Het blote oog
B
Een loep
C
Een microscoop

Slide 7 - Quiz

Als je naar een boom kijkt gebruik je:
A
Het blote oog
B
Een loep
C
Een microscoop

Slide 8 - Quiz

Als je cellen bekijkt gebruik je:
A
Het blote oog
B
Een loep
C
Een microscoop

Slide 9 - Quiz

Je kijkt door een oculair wat 10x vergroot en een objectief wat 4x vergroot. Wat is de totale vergroting?

Slide 10 - Question ouverte

Waar pak je de microscoop vast?
A
Bij het statief
B
Het oculair
C
De revolver
D
De lamp

Slide 11 - Quiz

Hoe heet het ronddraaiende gedeelte van de microscoop?
A
Bij het statief
B
Het oculair
C
De revolver
D
De lamp

Slide 12 - Quiz

Start paragraaf 1.2
Alles wat leeft = organisme
Als je meer wilt weten over een organisme kun je waarnemen
Waarnemen = kijken, horen, ruiken, voelen en proeven

Slide 13 - Diapositive

Hoe kun je organismen bekijken?

- Grote dingen met het blote oog (mensen, katten, bomen)
- Kleine dingen met een loep (poten van een insect, delen van een bloem)
- Dingen die je niet kunt zien met een microscoop (cellen)

Slide 14 - Diapositive

Loep en microscoop

Slide 15 - Diapositive

Wat is een beschrijving?
Anderen vertellen hoe een organisme er uitziet doe je door een beschrijving te geven. Je benoemt de belangrijkste kenmerken

Slide 16 - Diapositive

Geef een beschrijving van:

Slide 17 - Diapositive

Geef een beschrijving van:

Slide 18 - Diapositive

Geef een beschrijving van:

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag opdracht 9, 10 en 11
Wat:  maken opdracht 6 en 7 Lezen blz 23
Hoe: Zelfstandig/fluisteren
Hulp: Buurman of buurvrouw of docent
Tijd: 10 minuten 
Klaar: Alvast verder doorlezen paragraaf 1.2 


timer
10:00

Slide 20 - Diapositive

Hoe maak je een tekening?
Waarnemingen opschrijven, maar tekening vaak beter!
1 Natuurgetrouwe tekening:
Heel precies, met veel details.

2 Schematische tekening
Alleen belangrijke onderdelen. Dus simpeler!

Slide 21 - Diapositive

Schematisch of natuurgetrouw?

Slide 22 - Diapositive

Schematisch of natuurgetrouw?

Slide 23 - Diapositive

Schematisch of natuurgetrouw?

Slide 24 - Diapositive

Vissen die vogels eten?
https://www.youtube.com/watch?v=xuWWajvFnxI

Slide 25 - Diapositive

Volgende les:
Huiswerk:
- Boek en schoolspullen mee!

Slide 26 - Diapositive