H1 Instructies begrijpen en opvolgen_Les 1

STRUX Stage 2
H1 Instructies begrijpen en opvolgen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

STRUX Stage 2
H1 Instructies begrijpen en opvolgen

Slide 1 - Diapositive

Programma van vandaag
  • Doel van de les bespreken.
  • Wat weet jij al?
  • Kwis: Lastige instructies leren opvolgen.
  • Les afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Doel van de les
  • Ik kan een mondelinge instructie begrijpen en onthouden.

Slide 3 - Diapositive

wat weten we al
over instructie?

Slide 4 - Carte mentale


Waarom is instructie belangrijk?

Slide 5 - Question ouverte

Welke zin is een instructie?
A
Wil je de tafels schoonmaken?
B
Pak eerst een emmer water en doe er sop in.
C
Deze tafel heb je niet goed schoongemaakt.
D
Kun je wat sneller werken?

Slide 6 - Quiz

Voor welke taak heb jij weleens een instructie gekregen?

Slide 7 - Question ouverte

Je krijgt een mondelinge instructie
maar er worden moeilijke woorden gebruikt. Wat kun je doen?
A
De taak uitvoeren ook al begrijp je het niet.
B
Je kunt gewoon wachten tot dat er iemand naar je toe komt.
C
Vraag of de instructie herhaald kan worden zonder lastige woorden.
D
Ik kan niets doen, zij hebben het slecht uitgelegd dus het is niet mijn schuld.

Slide 8 - Quiz

 Je krijgt een mondelinge instructie. 
 Wat doe je als: 
je de instructie niet snapt
je wilt controleren of je het goed begrepen hebt
je de instructie moeilijk vindt
Ik herhaal het en vraag of het klopt.
Ik vraag om een stappenplan.
Ik stel vragen.

Slide 9 - Question de remorquage

De instructie is erg moeilijk of onduidelijk. Welke vraag stel je?

Slide 10 - Question ouverte

De uitleg is erg lang. Je kunt het niet onthouden. Welke stappen kun je nemen?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Je schrijft in steekwoorden op wat je moet doen.
B
Je schrijft in steekwoorden op hoe vaak of hoe lang je het moet doen.
C
Je schrijft in steekwoorden op wat je nodig hebt.
D
Je herhaald wat je hebt opgeschreven en vraagt of je het goed hebt begrepen.

Slide 11 - Quiz

De instructie is nieuw voor jou. Je weet niet zeker of je de instructie zonder hulp kunt uitvoeren. Wat doe je?

Slide 12 - Question ouverte

Wat ging goed, wat kan beter?

Slide 13 - Question ouverte