Als vermindering van de koopkracht leidt tot een daling van de vraag naar goederen en diensten, ontstaat er conjuncturele werkloosheid.
Slide 10 - Diapositive
Conjucturele werkloosheid
Voorbeeld:
Het leven is al duur genoeg dus de mensen gaan minder naar de bioscoop. Hierdoor verkoopt Pathé minder kaartjes. Pathé heeft dan minder mensen in dienst nodig. Zo ontstaat conjuncturele werkloosheid.
Slide 11 - Diapositive
Structurele werkloosheid
Structurele werkloosheid ontstaat door veranderingen aan de aanbodkant van de economie.
Voorbeelden:
Door technologie of door verplaatsen van productie naar het buitenland
als de werkzoekenden niet de geschikte opleiding hebben voor de banen die er zijn.
Slide 12 - Diapositive
Structurele werkloosheid
Voorbeeld:
Doordat we Netflix, Videoland en Disney chanel thuis hebben, gaan we minder naar de bioscoop. Hierdoor verkoopt Pathé minder kaartjes en daardoor hebben ze minder medewerkers nodig. Zo ontstaat structurele werkloosheid
Slide 13 - Diapositive
Frictiewerkloosheid
Frictiewerkloosheid: Als je van school af komt dan heb je tijd nodig om te solliciteren naar een nieuwe baan.
Slide 14 - Diapositive
Seizoenwerkloosheid
Seizoenwerkloosheid: Bepaald werk kun je alleen in een bepaald deel van het jaar doen. De rest van het jaar ben je dan werkloos.
Voorbeeld: een ijszaak, een strandtent, toerisme (zomer) of oogstwerk in de land- en tuinbouw
Slide 15 - Diapositive
Regionale werkloosheid
Regionale werkloosheid In sommige gebieden is er meer werkloosheid dan gemiddeld in een land.
Voorbeeld: Randstad ten opzichte van provincies
Slide 16 - Diapositive
Sanne werkt in de winter bij de schaatsbaan. 's Zomers heeft zij geen werk.
Een bedrijf in Gelderland gaat failliet. Bij het bedrijf waren 1.250 mensen werkzaam waarvan ruim 89% in een straal van 35km van het bedrijf woonde.
Mensen kopen geen videobanden meer, daardoor sluit ook de laatste fabriek die videobanden produceerd.
Na het behalen van je diploma ben je korte tijd werkloos.
Door de coronacrisis zijn veel mensen werkloos geworden.
Structurele werkloosheid
Seizoens werkloosheid
Regionale werkloosheid
Frictie werkloosheid
conjuncturele werkloosheid
Slide 17 - Question de remorquage
Samenvatting
wanneer is iemand werkloos
wat is en wat doet het UWV
welke verschillende soorten werkloosheid zijn er
Slide 18 - Diapositive
Aan de slag
Lees de theorie in je boek
Vul de samenvatting in en maak de rekenopdrachten
Klaar? Bedenk voor elke paragraaf van hoofdstuk 4 en 5 2 toetsvragen