1 herhaling h5

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

lesplanning

quiz (lessonUP)

Diagnostische toets maken

QUIZ

13 VRAGEN

Hoeveel decimalen heeft:
88,972

1. 0
2. 2
3. 3
4. 5

Wat is 29,156828 op drie decimalen

1. 29,267
2. 29,16
3. 29,156
4. 29,157

Wat is 10,9951 afronden op twee decimalen

1. 10,10
2. 10,99
3. 11
4. 11,00

Wat is 43,4036 afronden op helen?

1. 44
2. 40
3. 43,5
4. 43

9,01 : 100 =

1. 0,0901
2. 0,91
3. 0,091
4. 0,00901

85,6 .10

1. 85610
2. 856
3. 8560
4. 85,60

Wat is 356 958 afrond op honderdtallen

1. 356900
2. 456960
3. 400 000
4. 357 000

Bereken op je rekenmachine 13: 340
rond af op drie decimalen

1. 0,039
2. 0,038
3. 0,0383
4. 0,0382

rond af 0,04583 op drie decimalen

1. 0,045
2. 0,046
3. 0,05
4. 0,04

Is schatten hetzelfde als gokken?

1. Ja, want het is hetzelfde
2. ja, want bij beide is het niet nauwkeurig
3. Nee , want bij schatten moet je ook rekenen
4. Nee, want bij gokken moet je rekenen

Op hoeveel decimalen rond je percentages af?

1. 2 decimalen
2. 3 decimalen
3. 1 decimaal
4. 0 decimalen

Inge gaat haar slaapkamer schilderen. de muren hebben een totaal oppervlakte van 29,5 m2. op de potten verf staat dat een pot genoeg is voor 7 m2. hoeveel potten verf moet ze kopen?

1. 4,21 potten
2. 4 potten
3. 5 potten

schrijf met alleen cijfers:
0,7 miljard

1. 700 000 000
2. 7 000 000 000
3. 700 000
4. 700 000 000 000

Reken uit op je rekenmachine

−5+(−7−8)⋅24

Welk percentage is roze?

1. 5%
2. 20%
3. 100%
4. 25%

hoeveel procent is dat?

​100​​33​​

1. 33 %
2. 67 %
3. 13 %
4. 66 %

Bereken op je rekenmachine 275. 0,24

1. 275,24
2. 110
3. 55
4. 66

Bereken op je rekenmachine

​4​​3.8−6.2​​

1. 3
2. 2
3. 8
4. 21

Met welke formule bereken je een percentage?

1. deel/geheel x 100 = percentage
2. 100/geheel x deel = percentage
3. geheel/deel x 100 = percentage
4. 100/deel x geheel = percentage

wat is 5,5% van 400?

1. 22
2. 11
3. 5,5
4. 220

Wat is 80% van 300

1. 380
2. 240
3. 80
4. 24

Hoeveel procent is 8 van 25

1. 82%
2. 32%
3. 16%
4. 40%

Vereenvoudig de verhouding 24: 80

1. 1:57
2. 1:5
3. 12:40
4. 3:10

Vereenvoudig de verhouding 30:15

1. 2:1
2. 6:3
3. 3:1
4. 1:2

Abel, Ben en Charlie krijgen €120 euro betaald voor hun bijbaantje. Ze beslissen het bedrag te splitsen in de verhouding 1:3:6
Hoeveel geld krijgt Charlie?

1. 12
2. 72
3. 20
4. 40

Acht flessen water kost samen €3,60.
Hoeveel kost één fles water?

1. € 28,80
2. € 0,30
3. €0,45
4. €3,53

Welk soort evenredigheid?

1. evenredig
2. Niet evenredig
3. Omgekeerd evenredig

P en Q zijn omgekeerde
evenredig met elkaar verbonden
wat moet op de plek van de ster

1. 6
2. ​3​​1​​
3. 12
4. -0,5

welk soort evenredigheid?

1. evenredig
2. niet evenredig
3. omgekeerd evenredig

Laatste vraag

welke soort evenredigheid?

1. Evenredig
2. niet evenredig
3. omgekeerde evenredig

opgaven maken

Maak de d-toets.

maak opgave 3, 5, 7, 9 en 13

Klaar? Kijk het heeeeeeel goed na!