ONDERZOEK PVA 28 NOV

ONDERZOEK PVA 28 NOV
Hoe zit het met de criteria van het examen
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

ONDERZOEK PVA 28 NOV
Hoe zit het met de criteria van het examen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

PROGRAMMA
1. HOE WAS HET OOK ALWEER
2. WAT GAAN WE VANDAAG DOEN
3.WAAROM GAAN WE DEZE DINGEN DOEN
4. OPDRACHT
5.CHECK 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een veel voorkomend symptoom van depressie?
A
Overmatige opwinding
B
Intense vreugde
C
Langdurige somberheid
D
Sterke zelfwaardering

Slide 3 - Quiz

Langdurige somberheid: betekent gedurende 3 aaneengesloten, voortdurende somberheid die leidt tot verminderd functioneren aan het dagelijks leven
Welk type angststoornis wordt gekenmerkt door terugkerende en onverwachte paniekaanvallen?
A
gegeneraliseerde angststoornis (GAS)
B
Obsessieve-compulsieve stoornis (OCD)
C
Paniekstoornis
D
Specifieke fobie

Slide 4 - Quiz

Een specifieke fobie is gekoppeld aan een specifieke situatie of object
Denk aan Arachnafobie (spinnenangst)  en bijvoorbeeld Agorafobie (straatvrees)

https://wijzijnmind.nl/psychische-klachten/psychipedia/agorafobie/kenmerken-agorafobie?gad_source=1&gclid=CjwKCAiAjfyqBhAsEiwA-UdzJFExxTDTDrQfgInV_yH4EoXc7fuzFLjuutpxO6EuS2LmxFi7TyMHyxoCbXAQAvD_BwE
Wat is een kenmerk van intense en instabiele relaties bij borderline persoonlijkheidsstoornis?
A
Consistente hechting
B
Overmatig vermijden van sociale contacten
C
Snelle wisselingen tussen idealisatie en devaluatie van anderen
D
Langdurige afstandelijkheid

Slide 5 - Quiz

Mensen met Borderline persoonlijkheidsstoornis (kortweg BPS of Borderline) hebben last van sterke wisselingen in hun stemming, gedachten en gedrag. Hierdoor lopen ze vaak vast in het dagelijks leven. Ze zeggen bijvoorbeeld plotseling hun baan op, slagen er maar niet in om een opleiding af te maken of om vriendschappen en relaties te behouden.
Iemand met BPS heeft moeite om zijn emoties te beheersen en heeft vaak het gevoel dat die hem overspoelen. Een kleine tegenslag kan al leiden tot een intense woedeaanval of depressie. Deze onvoorspelbare stemmingswisselingen duren vaak een paar uur en bijna nooit langer dan een paar dagen. Iemand met Borderline reageert vaak impulsief en dat kan leiden tot negatieve gevolgen zoals geldverspilling, alcohol- en drugsmisbruik, instabiele (seksuele) contacten of eetbuien. Ook kan het zijn dat iemand met BPS zichzelf snijdt of op een andere manier beschadigt.
Mensen met Borderline zijn vaak bang om in de steek gelaten te worden en voelen zich snel afgewezen. Zij voelen zich eenzaam en hebben een wisselend beeld van zichzelf. Iemand met BPS weet soms niet meer wie hij nou eigenlijk is, of wat hij voelt. BPS is erg pijnlijk voor degenen die het hebben, maar ook voor de mensen die van hen houden.
Als ik nu denk aan een psychische stoornis?
Welk beeld hoort daar voor jou bij

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb geleerd over psychiatrische stoornissen
Ja
nee
een beetje
Ja en ik kan dit gebruiken vin mijn werk
Nee ik heb hier niets aan gehad

Slide 7 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gevoelens wanneer je behoeftes vervuld zijn
Gevoelens wanneer je behoeftes niet vervuld zijn
zachtmoedig
Optimistisch
Frivool
Euforisch
Verbaasd
Voldaan
Verbijsterd
Nerveus 

Verontrust
Gefrustreerd
teneergeslagen
Furieus

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Pedagogiek

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is pedagogiek

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Psychologie is de wetenschap die bezig is met ...

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociologie
Een socioloog zou de situatie van een cliënt met schulden waarschijnlijk vanuit een bredere maatschappelijke en structurele context benaderen. Hier zijn enkele mogelijke perspectieven en opmerkingen die een socioloog zou kunnen maken:

Structurele Oorzaken:
-Een socioloog zou kunnen wijzen op structurele factoren zoals economische ongelijkheid, werkloosheid, of ontoereikende sociale voorzieningen die bijdragen aan het ontstaan van schulden bij individuen.
-Maatschappelijke Normen en Consumptiecultuur:
Ze kunnen bespreken hoe maatschappelijke normen en een consumptiecultuur de neiging hebben om mensen aan te moedigen om meer uit te geven dan ze zich kunnen veroorloven, wat leidt tot schuldenproblemen.
-Toegang tot Financiële Educatie:
Een socioloog zou kunnen benadrukken dat niet alle mensen toegang hebben tot voldoende financiële educatie, wat hun vermogen om effectief met geld om te gaan kan beïnvloeden.
-Stigma en Schuld:
Ze zouden kunnen praten over het stigma dat vaak gepaard gaat met schulden en hoe dit het vermogen van mensen om hulp te zoeken beïnvloedt.
:
Een socioloog zou kunnen kijken naar beleidskwesties zoals consumentenbescherming, schuldaflossingsprogramma's en sociale voorzieningen, en hoe deze van invloed zijn op de financiële stabiliteit van individuen.
Onderliggende Sociale Dynamieken:
Ze zouden ook kunnen onderzoeken hoe onderliggende sociale dynamieken, zoals discriminatie op de arbeidsmarkt, invloed kunnen hebben op de financiële positie van individuen.
Kortom, een socioloog zou zich richten op bredere maatschappelijke structuren en processen die van invloed zijn op de financiële situatie van individuen, en niet alleen op het individuele gedrag van de cliënt.












timer
3:00

Slide 13 - Diapositive

laat ze 3 minuten lezen. gebruik het stoplicht om aan te geven of mensen het idd kunnen terug vertellen.
stel bv vragen over brede maatschappelijke  etc

als 2 mensen iets kunnen uitleggen over de tekst gaat hij op oranje 
bij 4 gaat hij op groen en door 
Wat is antropologie 
Studie naar de mens met reflectie op wat de mens is
Wat betekent het om mens te zijn?
Wat is het wezen van de mens?
Wat hebben mensen met elkaar gemeen?
Waarin zijn ze uniek?
Waarin verschilt de mens van dieren? En van robots?
Hoe kijkt de mens naar zichzelf?
Hoe ervaren we ons zelf? 
Samenvatting
Vijf jaar lang was Joris Luyendijk correspondent in de Arabische wereld. In Het zijn net mensen probeert hij de kloof te dichten tussen wat hij als correspondent met eigen ogen zag, en wat hij daarvan kon laten zien op radio, tv en in de krant.  pakkende voorbeelden legt hij uit waarom nieuwsmedia slechts een klein deel van de werkelijkheid kunnen weergeven en waarom het voor ons zo moeilijk is iets van het Midden-Oosten te begrijpen.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Als je jouw keuzes gaat verantwoorden heb je doordat je bij k1 w1 hebt gekeken naar psychologie / sociologie
pedagogie antropologie en gekoppeld aan jouw doelgroep
kan je nu uileggen dat de aanpak passend
dat de doelen en acties passend zijn etc

Raadsel
Een slak is in een put van 20 meter diep gevallen. De slak klimt in 1 dag 5 meter omhoog. Maar 's nachts zakt de slak weer 4 meter terug!
Na hoeveel dagen is de slak bij de rand van de put geklommen.

Slide 17 - Diapositive

het antwoord is 16
namelijk klimt 5 meter en zakt dan terug naar 1 meter. Dus na 15 dagen is hij op 15 meter belandt en dan de laatste dag klimt hij nog 5 meter en dan is hij bij de rand

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waar denk je aan bij psychologie en sociologie

Slide 19 - Carte mentale

laat ze woorden sturen 
je kan natuurlijk er ook voor kiezen om te gaan voor tekeningen en post its 
voor meer beweging in de klas
Stuur een foto die past bij antropologie en pedagogiek

Slide 20 - Question ouverte

als je fotos' hebt kort samen bespreken welke foto voor welk gebied is 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk veld ga je gebruiken bij jouw examen K1 W1 (heb je gebruikt)
antropologie
sociologie
psychologie
pedagogiek

Slide 22 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ethiek
Beroepsethiek in het sociaal werk verwijst naar de professionele normen en waarden die van toepassing zijn op de praktijk van sociaal werkers. Dit omvat de verantwoordelijkheden van de sociaal werker ten opzichte van hun cliënten, de gemeenschap en het beroep als geheel.
Sociaal werkers zijn verantwoordelijk voor het bevorderen van het welzijn en de rechten van hun cliënten, en het respecteren van hun autonomie en waardigheid. Ze moeten de vertrouwelijkheid van informatie respecteren en hun cliënten ondersteunen bij het nemen van hun eigen beslissingen. Ze moeten ook werken binnen de wet- en regelgeving die van toepassing is op hun beroep.
Beroepsethiek in het sociaal werk omvat ook het respecteren van diversiteit en het werken aan sociale rechtvaardigheid. Sociaal werkers moeten zich bewust zijn van hun eigen vooroordelen en privileges, en werken aan het verminderen van ongelijkheid en discriminatie in de samenleving.
Het naleven van deze ethische normen is essentieel voor de effectiviteit van het werk van sociaal werkers en het opbouwen van vertrouwen tussen cliënten en professionals. Het helpt ook om de integriteit en reputatie van het beroep te handhaven. Sociale werkorganisaties en beroepsverenigingen stellen vaak gedragscodes op die deze ethische normen bevatten en die sociaal werkers dienen te volgen.
De Beroepscode Sociaal Werk is een document dat de normen en waarden voor het beroep van sociaal werker vaststelt. Beroepsethiek is een belangrijk onderdeel van deze code. De code beschrijft de verantwoordelijkheden van sociaal werkers ten opzichte van hun cliënten, de samenleving en het beroep als geheel, en legt de nadruk op het belang van respect voor de autonomie en waardigheid van cliënten.
De Beroepscode Sociaal Werk bevat ook richtlijnen voor sociaal werkers om rekening te houden met diversiteit en culturele verschillen, en om te werken aan het bevorderen van sociale rechtvaardigheid en het verminderen van discriminatie en ongelijkheid. Het benadrukt de vertrouwelijkheid van informatie en het belang van het verkrijgen van toestemming van cliënten voordat informatie wordt gedeeld.
De Beroepscode Sociaal Werk beschrijft ook de verantwoordelijkheden van sociaal werkers ten opzichte van hun professionele ontwikkeling en het bijhouden van hun kennis en vaardigheden. Het benadrukt het belang van het werken binnen de grenzen van de eigen competenties en het vermijden van belangenconflicten.
Kortom, de Beroepscode Sociaal Werk legt de nadruk op het belang van beroepsethiek en beschrijft de normen en waarden die sociaal werkers dienen te volgen in hun praktijk. Het is een belangrijk instrument voor het waarborgen van de integriteit en kwaliteit van de dienstverlening in het sociaal werk.




Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

wat heb je geleerd

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

waar denk je aan bij eigen regie

Slide 34 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

11 december

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

werken aan deskundigheid
training eigen regie

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions