Hoofdstuk 5: kijken en luisteren - doelen

Hoofdstuk 5
Kijken en luisteren

Het doel van programma's
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 5
Kijken en luisteren

Het doel van programma's

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je kunt verschillende doelen noemen van programma's
  • Je leert het doel herkennen van een programma
  • Je leert voorbeelden geven van programma's
 met een bepaald doel

Slide 2 - Diapositive

Hoe zat het ook alweer?
De schrijver van een tekst heeft een doel.
  • Amuseren --> vermaken
  • Iets te weten komen --> informeren
  • Mening geven --> overtuigen
  • Iets wel of niet doen --> overhalen / activeren
  • Zeggen hoe je iets moet doen --> instrueren (uitleggen)


Slide 3 - Diapositive

Wat voor soort doel?

Slide 4 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?
A
Vermaken
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Instrueren (uitleggen)

Slide 5 - Quiz

Wat is het doel van deze tekst?

Slide 6 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?
A
Vermaken
B
Informeren
C
Overtuigen / activeren
D
Instrueren (uitleggen)

Slide 7 - Quiz

Wat is het doel van deze tekst?

Slide 8 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?
A
Instrueren (uitleggen)
B
Overtuigen / activeren
C
Overtuigen
D
Vermaken

Slide 9 - Quiz

Wat is het doel van deze tekst?

Slide 10 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?
A
Instrueren
B
Overtuigen / activeren
C
Informeren
D
Vermaken

Slide 11 - Quiz

Televisie
Hoe zit dat met programma's op televisie?

Elk progamma heeft een doel.

Slide 12 - Diapositive

Welke doelen?
  • Informatie geven
  • Instrueren (uitleggen)
  • Vermaken (amuseren)
  • Overhalen / activeren

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Wat is het doel van dit programma?
A
Instrueren (uitleggen)
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Vermaken

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

Wat is het doel van dit fragment?
A
Instrueren (uitleggen)
B
Overtuigen / activeren
C
Overtuigen
D
Vermaken

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Vidéo

Wat is het doel van dit fragment?
A
Instrueren (uitleggen)
B
Overtuigen / activeren
C
Overtuigen

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Wat is het doel van deze tekst?
A
Instrueren (uitleggen)
B
Overtuigen / activeren
C
Overtuigen
D
Vermaken

Slide 21 - Quiz