Werken in de zorg: Verschillende instellingen

Werken in de zorg: Verschillende instellingen

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je de verschillende instellingen binnen de zorg noemen waar je met het diploma helpende zorg kunt werken.

Wat weet je al over de verschillende instellingen waar je met het diploma helpende zorg kan werken?

Verpleeghuizen

Verpleeghuizen bieden zorg en ondersteuning aan ouderen die niet meer zelfstandig kunnen wonen.

Verzorgingshuizen

Verzorgingshuizen bieden huisvesting en zorg aan ouderen die nog wel zelfstandig kunnen wonen, maar wel wat ondersteuning nodig hebben.

Gezondheidscentra

Gezondheidscentra bieden diverse medische en paramedische diensten aan, zoals huisartsenzorg, fysiotherapie en psychologische hulp.

Instellingen voor mensen met psychiatrische problemen

Deze instellingen bieden zorg en behandeling aan mensen met psychiatrische problemen, zoals depressie of schizofrenie.

Begeleid wonen

Begeleid wonen biedt huisvesting en ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking of psychische problemen, zodat ze zo zelfstandig mogelijk kunnen leven.

Interactieve activiteit

Welke instelling zou het meest geschikt zijn voor iemand die zelfstandig kan wonen, maar af en toe wat hulp nodig heeft? A) Verpleeghuis B) Verzorgingshuis C) Gezondheidscentrum D) Begeleid wonen

Samenvatting

Tijdens deze les hebben we geleerd over verschillende instellingen waar je met het diploma helpende zorg kunt werken, waaronder verpleeghuizen, verzorgingshuizen, gezondheidscentra, instellingen voor mensen met psychiatrische problemen en begeleid wonen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.