les 12 4h IM ParDem §6

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

1. Ga naar lessonup.app
2. Kies voor inloggen
3. Via je Office365

Parlementaire Democratie (H1)

§6. Meer of minder Europa?

§6 | Lesdoelen

1. Je kunt benoemen wat het dilemma van soevereiniteit is en uitleggen welk effect supranationale samenwerking heeft op deze soevereiniteit.
2. Je kunt het proces van politieke besluitvorming in de EU beschrijven en hierbij uitleggen welke rol de belangrijkste Europese instituten spelen in dit proces. 
3. Je kunt aan de hand van de voor- en nadelen van deelname aan de EU onderbouwen of je voor of tegen verdere Europese samenwerking bent.

Deze les

1. Actualiteit
   
2. Terugblik
3. Vooruitblik
4. Toelichting bij §6
5. Afsluiting
   

Wat weet je van
Samuel Paty?

Over welk(e)
grondrecht(en)
gaat het hier?

sociale cohesie benoemen

recht om te demonstreren (covid 19?)

2. Terugblik

Typ zoveel mogelijk
onderwerpen
waar we het over
gehad hebben bij IM.

§4

controlerende en wetgevende bevoegdheden parlement

§5

invloed op de politieke besluitvorming.

poppetje met aktetas is lobbyist

manieren van invloed voor burgers

pressie/belangengroepen

Vooruitblik

• PO identiteit
• TW2: IM toets over H1 en H2
• Toetsstofdocument (Teams) als leidraad
• Feedbacktoets week 46 / alternatief wordt gemaakt

"Ik ben goed bij met huiswerk en verwerking (bijv. samenvatten)
voor IM."

1. waar
2. niet waar

4. Toelichting bij §6

1. De EU heeft meer inwoners
dan de VS

1. onjuist
2. juist

2. Er zijn 25 landen lid van de EU.

1. onjuist
2. juist

3. De EU heeft 24 officiële talen.

1. onjuist
2. juist

4. Met de euro kun je in de hele EU betalen (als regulier betaalmiddel).

1. onjuist
2. juist

5. Het Europees Parlement heeft meer zetels dan de Tweede Kamer.

1. onjuist
2. juist

6. Aan de Champions League mogen alleen clubs uit de EU meedoen.

1. onjuist
2. juist

7. Wat is de hoogste berg in de EU?

1. Mont Blanc
2. Mount Everest
3. Mont Ventoux

8. Welk land heeft de meeste inwoners?

1. Polen
2. Frankrijk
3. Duitsland

9. Hoeveel sterren staan er op de Europese vlag?

1. 27
2. 12
3. 50

10. Welke landen deden allemaal vanaf het begin mee aan de Europese Samenwerking?

1. België, Nederland en Luxemburg
2. België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg en Nederland
3. België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland

Europese Unie

Samenwerking tussen 27 landen

Doel: vrede en welvaart. 

Europese Raad = 

regeringsleiders

Europese Commissie =
'kabinet' EU-belang / uitvoerende macht

Europees Parlement = volksvertegenwoordiging / wetgevende macht

Raad van de Europese Unie = 

landelijk belang / wetgevende macht

Europees Hof van Justitie

Wetgevingsprocedure EU bespreken (EC voorstellen, Parlement en RvdEU stemmen in). Verschil tussen belang (EC kijkt bij wetgeving naar EU-belang), RvdEU kijkt naar landelijk belang benadrukken.

Maak duidelijk dat op elk bestuursniveau bestuurders zijn en mensen die het bestuur controleren.

Afsluiting §6 | Lesdoelen

1. Je kunt benoemen wat het dilemma van soevereiniteit is en uitleggen welk effect supranationale samenwerking heeft op deze soevereiniteit.
2. Je kunt het proces van politieke besluitvorming in de EU beschrijven en hierbij uitleggen welke rol de belangrijkste Europese instituten spelen in dit proces. 
3. Je kunt aan de hand van de voor- en nadelen van deelname aan de EU onderbouwen of je voor of tegen verdere Europese samenwerking bent.

Welk orgaan bedenkt
Europese wetgeving?

1. Europees parlement
2. Europese Commissie
3. Europese Raad
4. Raad van de Europese Unie

§6

Maak Kennis en Begrip 4 en 5

Toepassen 8

Huiswerk dat bij deze les past. Volgende les komt er nog iets bij!