H4 - over tekstverbanden en signaalwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Over tekstverbanden en signaalwoorden

Je leert tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden. 

Je leert chronologische, opsommende, tegenstellende en toelichtende verbanden in een tekst herkennen. 

Hoofdstuk 4 - Lezen 

Planning

- Lesdoel

- Instructie tekstverbanden

- Verwerking

- Terugblik

In een goede tekst hangen woorden, zinnen en alinea’s met elkaar samen. Die samenhang heet het tekstverband.

- chronologisch verband

- het opsommend verband

- het tegenstellend verband

- het toelichtend verband?

Tekstverband

Een chronologisch verband beschrijft gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde. 

Signaalwoorden

vroeger, later, nu, eerst, daarna etc. 

Tekstverband

In een opsommend verband worden dingen achter elkaar opgenoemd. 

Signaalwoorden

ten eerste, om te beginnen, bovendien, ook, ten slotte etc.

Tekstverband

In een tegenstellend verband worden tegenovergestelde zaken genoemd. 

Signaalwoorden

maar, tegenover, daarentegen, toch, echter etc. 

Tekstverband

In een toelichtend verband wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp, vaak in de vorm van een voorbeeld.  

Signaalwoorden

bijvoorbeeld, zo, als, zoals, denk aan etc. 

Verwerking

Verwerkingen van de les van vandaag: 

Tekstverbanden en signaalwoorden:
Opdracht 1 - vraag 1, 3 t/m 6 en 8
Opdracht 2 - vraag 3 t/m 8
  

blz. 102/103/104

Terugkoppeling/huiswerk

- Welke tekstverbanden ken je?

- Hoe kan je tekstverbanden herkennen in een tekst?

Lesdoel:

Je leert tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden.

Je leert chronologische, opsommende, tegenstellende en toelichtende verbanden in een tekst herkennen.