Wederkerende werkwoorden

• Spaans
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

Los verbos refexivos: de wederkerende werkwoorden

Zich wassen = lavarse

- Se = zich

Een wederkerend werkwoord herken je aan -se

Ken je nog andere wederkerende werkwoorden in het Spaans?

Stap 1 

Je haalt se van het werkwoord af

--> dus lavarse wordt lavar

Stap 2 

Normale werkwoordvervoeging zoals je die kent. (zie blz. 34 TB)

Stap 3
We missen nog iets! 

 Lavar = wassen

se = zich, dus moeten we dat per persoon toevoegen

yo: me
tú: te 
él/ella/usted: se

nosotros: nos

vosotros: os
Ellos/ellas/ustedes: se

LET OP!

Niet alle wederkerende werkwoorden in het Nederlands, zijn ook wederkerend in het Spaans. 

Pak nu je libro erbij op p. 74

ducharse = zich douchen

acostarse (ue)= naar bed gaan

sentarse (ie) = gaan zitten

ponerse = aantrekken (v. kleding)

acostarse (ue) = naar bed gaan

me acuesto

te acuestas

se acuesta

nos acostamos

os acostáis

se acuestan

sentarse (ie) = gaan zitten

me siento

te sientas

se sienta

nos sentamos

os sentáis

se sientan

Vervoeg levantarse in de ik-vorm

Vervoeg levantarse in de tú-vorm

Vervoeg ducharse in de nosotros vorm

Vervoeg llamarse in de vosotros vorm

Vervoeg ducharse in de ik vorm

Vervoeg levantarse in de usted vorm

Vervoeg lavarse in de ellos vorm

Vervoeg bañarse in de tú-vorm

Vervoeg Llamarse in de ella vorm

Vervoeg levantarse in de vosotros-vorm

Ik begrijp de wederkerende werkwoorden...

1. Muy bien
2. Bien
3. Regular
4. Mal