H6.4 Hoe dragen we ons steentje bij?

H6.4 Hoe dragen we ons steentje bij?
4KBL
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H6.4 Hoe dragen we ons steentje bij?
4KBL

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je leren?
  • Je kunt voorbeelden geven van instellingen die ontwikkelingslanden helpen.
  • Je kunt uitleggen hoe hulp aan ontwikkelingslanden in het belang van Nederlandse bedrijven kan zijn.
  • Je kunt uitleggen dat de productie door bedrijven gevolgen kunnen hebben voor ontwikkelingslanden.
  • Je kunt uitleggen hoe je met je koopgedrag de leefomstandigheden in arme landen kunt verbeteren.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
1. Herhalen H6.3
2. Uitleg H6.4 
3. Maken 6.4

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noodhulp is ....
A
voor korte tijd
B
langere tijd

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is structurele hulp?
A
Hulp die een blijvende oplossing biedt
B
Hulp om de ergste gevolgen op te vangen van een oorlog

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is/doet het IMF
A
onderdeel van de Verenigde Naties
B
Internationaal Muziek Fonds
C
leningen verstrekken aan arme landen
D
bank voor rijke landen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

H6.4 Hoe dragen we ons steentje bij?
4KBL

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je leren?
  • Je kunt voorbeelden geven van instellingen die ontwikkelingslanden helpen
  • Je kunt uitleggen hoe hulp aan ontwikkelingslanden in het belang van Nederlandse bedrijven kan zijn
  • Je kunt uitleggen dat de productie door bedrijven gevolgen kunnen hebben voor ontwikkelingslanden
  • Je kunt uitleggen hoe je met je koopgedrag de leefomstandigheden in arme landen kunt verbeteren



Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WAT IS  BIJZONDER AAN DEZE CHOCOLADEREEP?


Slide 13 - Diapositive

De bekende chocoladereep bestaat straks namelijk uit ongelijke blokjes. Tony's wil hiermee aan alle chocoladeliefhebbers duidelijk maken dat de inkomsten in de chocoladewereld nog steeds 'ongelijk verdeeld' zijn en zich samen met hen sterk maken voor een eerlijkere cacaoketen.
Wat viel op de aan Tony
Chocolonely reep? Weet je het niet? Zoek op internet.

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Semajoro woonde in een dorp in Kongo. Groepen rebellen overvielen zijn dorp keer op keer. Semajoro vluchtte naar een buurland waar hij werd opgevangen in een vluchtelingenkamp van de Verenigde Naties (VN). Deze organisatie krijgt geld van de Nederlandse overheid om vluchtelingen te helpen.

Welk type hulp heeft Semajoro nodig gehad tijdens de oorlog?
A
Noodhulp
B
Structurele hulp
C
Opvang asielzoekers
D
Gebonden hulp

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De wereldbank is een onderdeel van?
A
de NAVO
B
de Verenigde Naties
C
de Europese Unie
D
de USA

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De Verenigde Naties is een organisatie waar 193 landen samenkomen. Om met elkaar te kunnen samenwerken. En te zorgen voor meer vrede en veiligheid in de wereld



De Wereldbank is 's werelds grootste instituut voor ontwikkelingssamenwerking. Zij verstrekt leningen aan ontwikkelingslanden en middeninkomenslanden, met als voornaamste doel het bestrijden van armoede





Het Internationaal Monetair Fonds  (IMF) is een VN-organisatie voor internationale samenwerking op monetair gebied, bestrijding van financiële crises en kredietverlening voor staten met betalingsproblemen.(met belastinggeld)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vul de volgende woorden in op de stippellijn:
Wel
Rijk
Arm
Lage
Arme
Een ontwikkelingsland is een .......... land.
Ontwikkelingshulp komt van een ............. land.
De Wereldbank leent geld aan........ landen tegen een ..... rente
De Nederlandse overheid geeft ........ ontwikkelingshulp aan arme landen.

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom geeft de Nederlandse overheid subsidies aan bedrijven die in ontwikkelingslanden investeren?
Er ontstaat meer handel voor Nederland en dit levert meer werkgelegenheid op in het ontwikkelingsland, waardoor de welvaart kan stijgen.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanmoedigen
(subsidie)
Ontmoedigen
(Accijns)

Slide 21 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef (door middel van slepen) aan wat wel / niet gevolgen zijn van economische groei. 
Wel
Niet
Minder overheidsuitgaven
Meer subsidie voor bedrijven
Meer subsidie voor bedrijven
Minder welvaart

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontwikkelingssamenwerking
A
Tijdelijke hulp aan mensen die zich in een noodsituatie bevinden
B
Samenwerking tussen rijke en arme landen met als doel het leven in de arme landen blijvend te verbeteren

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Globalisering
daling van het inkomen
Opdracht 7
1. Werknemers moeten een andere baan zoeken
2. Werknemers zijn onervaren in het beroep
3. Productie wordt verplaatst naar andere landen
1
2
3

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Fairtrade
Fairtrade =  eerlijke handel

= een organisatie die boeren in ontwikkelingslanden steunt met een gegarandeerde, betere prijs voor hun producten.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Fairtrade is een keurmerk, waarvoor staat Fairtrade
A
Eerlijke betaling werknemers
B
Duurdere prijzen
C
Eerlijke milieu normen
D
Lekkerder eten

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
1. Blz. 182 t/m 185
Opdracht 1 t/m 10

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions