les 17.01.2022

Herzlich Willkommen
Als het liedje afgelopen is:

- zit je op je plekje en ben je stil!
- is je mobieltje in de telefoontas!
- heb je werkboek en schrift op tafel liggen!
- ligt je tas netjes op de grond!
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herzlich Willkommen
Als het liedje afgelopen is:

- zit je op je plekje en ben je stil!
- is je mobieltje in de telefoontas!
- heb je werkboek en schrift op tafel liggen!
- ligt je tas netjes op de grond!

Slide 1 - Diapositive



Hoffentlich hattest du ein gutes Wochenende.

Slide 2 - Diapositive

Wat staat op de planning vandaag:

- woordjes leren Lektion 1 / 2 / 3 
- modale hulpwoorden herhalen
- Kahoot


Slide 3 - Diapositive

Modalverben
wie war das nochmal?

Slide 4 - Diapositive

Wat zijn Modalverben ook alweer?
 Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 1
Was weißt du noch?

Slide 6 - Diapositive

Wat betekent dürfen ?

Slide 7 - Question ouverte

toestemming hebben, mogen
Er darf heute zur Disko! Hij mag vandaag naar de disco!
toestemming hebben, mogen

Er darf heute zur Disko! 

Hij mag vandaag naar de disco!

Slide 8 - Diapositive

Wat betekent können ?

Slide 9 - Question ouverte

kunnen
Wir können nach Hause gehen.
Ich kann schwimmen.

Slide 10 - Diapositive

Wat betekent mögen ?

Slide 11 - Question ouverte

leuk vinden, houden van, lusten

Ich mag dich. Ik vind je aardig/leuk.
 
Ich mag Pizza. Ik lust graag pizza.

Ich mag das Meer. Ik houd van de zee.

Slide 12 - Diapositive

De tweede letter verandert in het enkelvoud naar welke letter?

dürfen, können, mögen
Dure konijnen mogen aaien
A
i
B
u
C
e
D
a

Slide 13 - Quiz

Opdracht 2
Zoek de goede vorm

Slide 14 - Diapositive

Warum ...... (können) du morgen nicht kommen?
A
könnst
B
kanst
C
kannst
D
kan

Slide 15 - Quiz

Wie lange ....... (dürfen) ihr bleiben?
A
darf
B
darft
C
dürft
D
dürftet

Slide 16 - Quiz

Frau Bechinka, das ...... (können) Sie doch nicht machen.
A
kannen
B
können
C
konnen
D
könnt

Slide 17 - Quiz

Weißt du, ob er Pizza ....... (mögen).
A
mag
B
magt
C
mög
D
mögt

Slide 18 - Quiz

Opdracht 3
Zet elk werkwoord op de juiste plek

Slide 19 - Diapositive

Ich ........... zur Toilette!
Nein, ich .................. noch nicht in die Disko gehen.
Ich ................ sehr gut schwimmen
Ich ............. Eis
darf
muss
kann
mag

Slide 20 - Question de remorquage

Opdracht 4
Zet elk werkwoord op de juiste plek
Pas op er zitten fouten tussen

Slide 21 - Diapositive

Zoek de juiste vormen van het werkwoord mögen bij elklaar!
Er blijven twee vormen over!
ich              du            er sie es         wir                ihr            sie Sie
ich
du
er sie es
wir
ihr
sie Sie
magst
mag
mögen
mögst
möge
mögen
mögt
mag

Slide 22 - Question de remorquage

Hip hip Hurraa!
Du bist Großartig! Gut gemacht! 

Slide 23 - Diapositive

Met welk liedje wil je de volgende Duits les starten?
Ist mir egal - Kazim (Liedje van vandaag)
Mark Foster (Liedje van vandaag)

Slide 24 - Sondage