Spreken over activiteiten

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Spreken over activiteiten

Spreken over activiteiten en voorkeuren aangeven

Welke activiteiten zie je op de afbeeldingen op pagina 42 en 43? Schrijf de werkwoorden op. Bijvoorbeeld: basketballen

Bedenk zelf nog zes activiteiten.
(2 minuten)

Bijvoorbeeld:

Ik hou van hardlopen.

Ik zwem graag, maar ik tennis liever.

Ik vind smoothies maken niet zo leuk.

Ik heb een hekel aan basketballen.

een taart bakken /  barbecueën / basketballen / hardlopen / kamperen / kanoën/ schilderen / (een liefdesbrief) schrijven / smoothies maken / tennissen / tuinieren / vissen / aan yoga doen /  zwemmen

Vertel elkaar wat je leuk vindt en wat niet. Gebruik de volgende zinnen:

Ik vind.......(heel) leuk.

Ik vind.......niet (zo) leuk.

Ik hou van.....

Ik hou niet (zo) van......

Ik ben gek op......

Ik ben niet (zo) gek op.....

Ik.......graag.

Ik..... niet (zo) graag.

Ik ...liever

Een kort gesprek voeren.

Kijk naar de afbeeldingen. Vraag wat de ader leuk vindt en wat niet. Voer een gesprekje.

Zet een kruisje achter de woorden die je hebt gebruikt.

nooit

bijna nooit

af en toe

soms

vaak

meestal

altijd

Wat heb je vandaag geleerd in de les?