Lezen H3 Doel-middel en Voorwaarde

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 3 Lezen

Doel-middel
Voorwaarde

Welke tekstverbanden
ken je nog?

Welke signaalwoorden
ken je nog?

Noem een tekstverband met bijpassend signaalwoord.
Voorbeeld: Tegenstelling--> maar, echter
Opsomming --> ook, ten eerste

Doel-middel

Het doel is wat je bereiken wilt. Het middel helpt je hiermee.
Er zijn verschillende signaalwoorden zoals: waarmee, zodat, om te, door middel van, met behulp van

Voorbeeld: Ik ga een week lang leren, zodat ik een goed cijfer haal. 

Doel: een goede cijfer halen

Middel: een week lang leren

Voorwaarde

Een voorwaarde herken je aan signaalwoorden, zoals:  als... (dan), indien.

Bijvoorbeeld: Als je nu t/m opdracht 3 maakt, krijg je geen huiswerk. 

Je wilt geen huiswerk hebben. Voorwaarde: maak nu tot en met opdracht 3.

Verschillende tekstverbanden

De volgende tekstverbanden ken je nu:

Opsomming

Tegenstelling

Tijdsvolgorde (chronologie)

Oorzaak-gevolg

Voorbeeld

Vergelijking

Conclusie

Aan het werk

Lees de theorie op blz. 83-84. Bekijk de signaalwoorden goed!

Maak blz. 83 t/m 86 opdr. 1 t/m 3

Klaar? Beantwoord de vragen op de volgende bladzijdes.

Welke twee tekstverbanden heb je vandaag geleerd?

Noem twee signaalwoorden die horen bij doel-middel?

Noem twee signaalwoorden die horen bij voorwaarde?

Afsluiting

Doel-middel:
Het doel is wat je bereiken wilt. Het middel helpt je hiermee.

Er zijn verschillende signaalwoorden zoals: waarmee, zodat, om te, door middel van, met behulp van

Voorbeeld: Ik ga een week lang leren, zodat ik een goed cijfer haal.

Doel: een goede cijfer halen

Middel: een week lang leren

Voorwaarde:

Een voorwaarde herken je aan signaalwoorden, zoals: als... (dan), indien.

Bijvoorbeeld: Als je nu t/m opdracht 3 maakt, krijg je geen huiswerk.

Je wilt geen huiswerk hebben. Voorwaarde: maak nu tot en met opdracht 3.