6.1 deel 3

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

Welkom

Huiswerk  bespreken   (10 minuten)

Nieuwe uitleg (5 minuten)

Opdracht        (20 minuten

6.1 Europa in delen

- Laagland, heuvelland, middel en  hooggebergte, reliëf, pas

Huiswerk bespreken 

1 t/m 5 van 6.1

Hoogtes in Europa

• Laagland = lager dan 200 meter 
• Heuvelland = 200-500 meter 
• Middelgebergte = 500- 1500 meter
• Hoogegebergte = boven 1500 meter 
• Reliëf = hoogteverschillen in een landschap

Even in je hoofd stampen...

NAP?

Opdrachten maken!

Wat? Maken opdracht 6 t/m 10 van cursus 6.1

Daarna; Topo afmaken!

Klaar?

Oefenen Topo blz. 126-127

- Welk land ligt in welk gebied?

Wat zijn middelgebergten

1. Gebied met bergtoppen tussen de 1000 en 1500 meter
2. Gebied met bergtoppen tussen de 750 en 1500 meter
3. Gebied met bergtoppen tussen de 500 en 1000 meter
4. Gebied met bergtoppen tussen de 500 en 1500 meter

Laagland is:

1. 0-200 meter
2. 400-900 meter
3. 1000-1200 meter
4. 2000+ meter

Gebiedskenmerken gaan over

1. Natuur van een gebied
2. Mensen van een gebied
3. Plaats van een gebied

Natuurlijke kenmerken zijn bevolkingskenmerken van een gebied.

1. juist
2. onjuist

Wat valt onder het begrip: bevolkingskenmerken?

1. Een tropisch klimaat
2. De hoogte van een gebied
3. De grootte van een land
4. Taal, godsdienst en welvaart

Heuvelland ligt tussen

1. 200 en 500 m
2. 750 en 1000 m
3. 1000 en 1500 m
4. 1500 en 2000 m

Een hooggebergte is een

1. Gebied met bergen die hoger zijn dan 500 meter
2. Gebied met bergen die hoger zijn dan 1500 meter
3. Gebied met bergen die hoger zijn dan 100 meter
4. Gebied met bergen die hoger zijn dan 2500 meter