2.2 De plaats op aarde en de temperatuur

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

• Kauwgom uit
  
  
• Pak je boeken
  
  
• Telefoon weg 

2.2 De plaats op aarde en de temperatuur

Lesinhoud

• Leerdoelen
  
  
• Uitleg 2.1
  
  
• Zelfstandig werken / Huiswerk 

Leerdoelen

• Je weet hoe dag en nacht ontstaan.
  
  
  
• Je weet waarom het bij de evenaar warmer is dan bij de polen.
  
  
  
• Je weet hoe de seizoenen ontstaan.
  
  
  
• Je kent het verschil tussen weer en klimaat.

Als in Nederland een weeralarm wordt afgegeven betekent dat ........

1. Je die dag die kleur aan moet doen
2. Dat er noodweer (op een plek) in Nederland komt
3. Dat je niet naar buiten mag
4. Je per direct het weersbericht moet kijken

Wat is het verschil tussen het weer en het klimaat?

Hoe komt het dat wij dag en nacht hebben?

Dag en nacht

• De aarde draait als een tol om een as
• As loopt tussen Noord- en Zuidpool
  
  
• Tussen de poolcirkel en polen soms
  hele dag licht.
• Poolcirkel = 66,5º breedte

Seizoenen

• Aarde draait niet alleen om zichzelf 
• Aarde draait ook om de zon
  
  
  
  
  
• In de zomer en winter staat de zon recht op de Steenbokskeerkring of Kreeftskeerkring

Huiswerk

Paragraaf 2.2

Opdracht 1 t/m 8

2.2 De plaats op aarde en de temperatuur

Wanneer is het welk seizoen?

Draait de aarde om de zon, of de zon om de aarde?

1. Aarde draait om de zon
2. Zon draait om de aarde

Hoe komt het dat het in Nederland gemiddeld veel minder warm is dan op de evenaar?

Weer

•  Om de aarde een luchtlaag van zo'n 1000km, de atmosfeer
  
• Kleine schil rondom de aarde
  
  
• Weer = De toestand in de atmosfeer op een bepaald moment
  - Temperatuur, neerslag, wind, zonneschijn 
• Afhankelijk van plaats op aarde en breedteligging

Klimaat

• Klimaat: Gemiddelde weer (temperatuur en neerslag) van een groot gebied over 30 jaar
  
  
• Weer verandert elke dag. Klimaat niet!
  
  
• Koudste klimaten rondom de polen. Warmste rondom de evenaar

Huiswerk

Paragraaf 2.2

Opdracht 1 t/m 16