Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Je kunt een simpel stripfiguurtje tekenen in verschillende houdingen
Je oefent met tekenen door hetzelfde figuur heel vaak te tekenen
“Flour Sack” oefening
Tekenen
Opdracht meelzakpoppetje
Hoe is het gegaan? Hoe heb je gewerkt? Wat ging goed, wat was moeilijk?
Slide 2 - Diapositive
Flour sack
Tekenoefening vanuit animatie-opleidingen.
Basis van ingewikkeldere figuren: je moet eerst leren hoe je
een simpel figuurtje in allerlei houdingen kunt tekenen.
Slide 3 - Diapositive
de oefening
Stap 1
Teken een cirkel
Tip: Teken dun. Houd je potlood een beetje aan het uiteinde vast, dan teken je lekker losjes, want het hoeft helemaal niet zo precies
Slide 4 - Diapositive
de oefening
Stap 2
Teken er nog een cirkel bij (een beetje er overheen of er tegenaan)
Iets groter dan de eerste cirkel.
Slide 5 - Diapositive
de oefening
Stap 3
Teken er een “actielijn” in.
Wat is dat??? Een actielijn is een lijn die aangeeft welke kant
jouw poppetje straks op beweegt. Heel belangrijk bij het tekenen van een animatiefiguur.
Slide 6 - Diapositive
de oefening
Stap 4
Nu maak je een boven- en een onderkant.
Deze lijnen mogen wel wat dikker zijn.
Slide 7 - Diapositive
de oefening
Stap 5
Maak de zijkanten dicht.
Je kunt bijvoorbeeld een kant “mee” laten lopen met de actielijn, en aan de andere kant een beetje een deukje maken. (Dan krijgt je poppetje ook wat diepte)
Slide 8 - Diapositive
de oefening
Stap 6
Nu kun je er pootjes aan maken. Heel simpel. (Het zouden ook oortjes kunnen zijn)
Je poppetje kan bijvoorbeeld springen, zijn armpjes uitsteken of misschien staat hij wel op z’n kop…
Slide 9 - Diapositive
de oefening
Stap 7
Gummen!
Slide 10 - Diapositive
de oefening
Stap 8
Geef hem een leuk gezicht.
Slide 11 - Diapositive
Hoe meer je oefent, hoe beter je wordt.
Kijk, zo zien de schetsboeken van studenten op de animatie-opleiding eruit…
Slide 12 - Diapositive
Meelzakpoppetje
Stap 1
Kijk goed naar de uitleg over hoe je zo’n poppetje tekent. (of spiek hiernaast…)
Stap 2
Nu ga je oefenen, oefenen, oefenen… Maak er minimaal 15 in allerlei verschillende houdingen.
Stap 3
Tijd over? Maak er schaduw bij, trek over met fineliner, kleur in, of teken er voorwerpen / achtergronden bij.
