Warmte Transport: Geleiding, Stroming en Straling

Warmte Transport: 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Warmte Transport: 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de concepten van warmtegeleiding, warmtestroming en warmtestraling begrijpen en uitleggen.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over warmtetransport?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte Transport: Geleiding, Stroming en Straling

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is warmtetransport?
Warmtetransport is de beweging van thermische energie (warmte) van een gebied met hogere temperatuur naar een gebied met lagere temperatuur.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geleiding


Geleiding is het proces waarbij warmte wordt overgedragen door direct contact tussen deeltjes. Dat gebeurt in vaste stoffen, omdat daar de deeltjes dicht bij elkaar staan. Materialen zoals metalen zijn goede warmtegeleiders.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stroming



Stroming is het transport van warmte door de beweging van vloeistoffen of gassen.  Een vorm van warmtestroming wordt ook wel convectie genoemd.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Convectie
Convectie treedt op wanneer warme vloeistoffen of gassen opstijgen en koude vloeistoffen of gassen naar beneden dalen, waardoor een continue circulatie ontstaat.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Straling



Straling is het transport van warmte door elektromagnetische golven. Het kan plaatsvinden zonder direct contact of een medium. Het heeft dus geen vaste stof , vloeistof of gas nodig om zich voort te planten. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Thermische isolatie
Thermische isolatie is het vermogen van een materiaal om warmteoverdracht te verminderen. Materialen zoals isolatieschuim worden veel gebruikt als thermische isolatoren, dit komt omdat er veel lucht tussen zit.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toepassingen van warmtetransport
                                                                           straling

                                                                             stroming
                                                                         geleiding
Warmtetransport is belangrijk in verschillende toepassingen, zoals verwarmingssystemen, koelingssystemen en thermodynamische processen.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting
Warmtetransport omvat geleiding, stroming en straling. Het is belangrijk om te begrijpen hoe warmte wordt overgedragen om efficiënte systemen te ontwerpen en energieverlies te minimaliseren.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte transport door koper noemen we
A
geleiding
B
stroming
C
staling

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte transport door melk die wordt opgewarmd noemen we
A
geleiding
B
stroming
C
staling

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte transport tussen twee handen als je ze dicht bij elkaar houdt is
A
geleiding
B
stroming
C
staling

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de warmtetransport die
met de letter A wordt weergegeven?
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de warmtetransport die
met de letter B wordt weergegeven?
A
stroming
B
straling
C
geleiding

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de warmtetransport die
met de letter C wordt weergegeven?
A
straling
B
stroming
C
geleiding

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 19 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 20 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
huis/ maat werk.
Maken van hoofdstuk 4 par. 4 opgaven 53 t/m 75. 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions