§ 4.1 Hoe maak je dat?

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je  boek + pen en rekenmachine. 
3. De rest van tafel.
4. Wacht rustig tot dat we starten.
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je  boek + pen en rekenmachine. 
3. De rest van tafel.
4. Wacht rustig tot dat we starten.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
1.  Welkom woordje
2. Terugblik - vragenronde over toetsweek
3. Uitleg periode 4 onderwerp; wat sta je te wachten
4. Uitleg start hoofdstuk 4 - produceren.
5. Aan de slag met opdrachten paragraaf 1
5. Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
1. Ik weet wat ik de volgende lessen kan verwachten.
2. Ik kan de begrippen produceren, bedrijfskolom en toegevoegde waarde uitleggen.
3. Ik weet wat het huiswerk is.
4. Ik weet wat ik moet doen als ik vragen heb.
5. Ik weet in welke klasgroep ik zit en heb dit tijdens de les ervaren.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klasgroepen
Groep 3  heeft zich bewezen met korte instructie vooraf zelfstandig aan het werk te kunnen.
Groep 2 heeft een uitleg en een algemene instructie nodig.
Groep 1 heeft een uitleg en een verlengde instructie nodig. Dit gebeurd aan de uitlegtafels.
In welke groep je zit maakt je niet anders, maar helpt mij jou te geven wat je nodig hebt.
Inloggen in Lessonup
        Lesson up                                                 Google Classroom

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


§ 4.1 Hoe maak je dat?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen paragraaf 1
In twee lessen leer je:

LES 1
  • Wat produceren is
  • Wat een bedrijfskolom is
  • Hoe bedrijven zorgen voor toegevoegde waarde
    LES 2
  • Hoe je de productiekosten berekent
  • Welke productiesectoren er zijn.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog van:
De openingsopdracht?

Slide 8 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg (theorie)
§ 4.1 Hoe maak je dat?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Produceren
De productie van goederen gebeurt stap voor stap, in fasen.

De eerste fase is de productie van grondstoffen. Die komen uit de natuur.

In de volgende productiefasen wordt de grondstof bewerkt tot eindproduct.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Produceren is het maken van goederen en het leveren van diensten.

Bedrijven produceren, dat kost geld.

Consumenten produceren ook zelf en dat is gratis (bijv. een moestuin)


Produceren

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedrijfskolom
Alle bedrijven die meewerken aan een product, vind je terug in de bedrijfskolom.
Het eerste bedrijf in de bedrijfskolom haalt grondstoffen uit de natuur.
De volgende bedrijven maken daar iets van.
Het laatste bedrijf levert het product aan de consument.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toegevoegde waarde
Door het werk van ieder bedrijf wordt het product steeds een beetje meer waard. Dat noem je toegevoegde waarde.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Productiefase 1
Graan produceren met behulp van de natuur

Toegevoegde waarde
De broodfabriek voegt € 0,65 waarde toe.

Toegevoegde waarde
De supermarkt voegt waarde toe door dienstverlening.

Consument
De consument betaalt de totale toegevoegde waarde.
De consument hoort dus niet bij de bedrijfskolom!
 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken paragraaf 1
timer
20:00
Wat ga je doen
Maken paragraaf 1
blz 138 tm 140 
opdr 1 t/m 9
Hoe ga je dit maken?
Alleen werken.
10 min stilte WERKEN
Daarna mag je praten maar fluisterend

Vragen? steek je vinger op!
Ben je klaar? 
Werk laten controleren. 
antwoorden vooraan in het lokaal 
LET OP! 
Het stoplicht.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eindopdracht les
1. Wacht met opruimen tot dat de docent het zegt.
2.Schuif bij het verlaten van het lokaal je stoel aan. 
3. Pak je telefoon pas als je het lokaal verlaat.
4. Verlaat het lokaal rustig.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je  boek + pen en rekenmachine. 
3. De rest van tafel.
4. Wacht rustig tot dat we starten.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
1.  Welkom woordje
2. Terugblik - vragenronde over les1
3. Uitleg start hoofdstuk 4 - rekenen met kostprijs etc
4. Aan de slag met opdrachten paragraaf 1 opdr t/m 12
5. nakijken + blooket 
6. Afsluiting

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Productiekosten
Alle kosten die een bedrijf maakt om te kunnen produceren zijn de productiekosten van dat bedrijf.

Bijvoorbeeld: grondstoffen, kosten voor het bedrijfspand, personeel en energie.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn 4 productiesectoren:
  1. Primaire sector: landbouw, mijnbouw en visserij.
  2. Secundaire sector: industrie & bouw.
  3. Tertiaire sector: commerciële dienstverlening (bijv. winkels,)
  4. Quartaire sector: niet-commerciële instellingen (bijv. scholen, brandweer)



Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rekenen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

LET OP! Verschil in begrippen.
productieSECTOREN (primaire, secundaire, tertiaire, quartaire)

SECTOREN in het mbo (groen, economie, zorg en welzijn, techniek)

productieFACTOREN (kapitaal, arbeid, natuur en ondernemerschap) 

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat hebben we geleerd?

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kostprijs per product berekenen
Kostprijs per product = alle productiekosten ÷ aantal producten

Voorbeeld
Yara heeft 6 stoelen gemaakt. De productiekosten waren € 450.
De kostprijs per stoel is
€450 ÷ 6 = € 75

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken paragraaf 1
timer
20:00
Wat ga je doen
Maken paragraaf 1
alle opdrachten paragraaf 1 
Hoe ga je dit maken?
Alleen werken.
10 min stilte WERKEN
Daarna mag je praten maar fluisterend

Vragen? steek je vinger op!
Ben je klaar? 
Werk laten controleren. 
antwoorden vooraan in het lokaal 
LET OP! 
Het stoplicht.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet wat produceren is
Ja
Nee
Ik wil hier meer over weten

Slide 28 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet wat een bedrijfskolom is
Ja
Nee
Ik wil hier meer over weten

Slide 29 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet hoe bedrijven zorgen voor toegevoegde waarde
Ja
Nee
Ik wil hier meer over weten

Slide 30 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet hoe je de productiekosten berekent
Ja
Nee
Ik wil hier meer over weten

Slide 31 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet welke productiesectoren er zijn
Ja
Nee
Ik wil hier meer over weten

Slide 32 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
  1. Opdracht bedrijfskolom
  2. Opgaven in het portaal maken

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Extra uitleg

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions