3.4 Nog meer bankzaken?

Hoofdstuk 3
De bank en jouw geld
3.4 nog meer bankzaken?
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3
De bank en jouw geld
3.4 nog meer bankzaken?

Slide 1 - Diapositive

Vandaag leer je:

  • wat de rol van banken is bij vraag en aanbod van geld.
  • wat vreemde valuta zijn en hoe je de wisselkoers gebruikt.
  • hoeveel vreemd geld je krijgt voor een bedrag in euro’s.
  • hoe je een bedrag in vreemd geld omrekent naar euro’s.
3.4 nog meer bankzaken?

Slide 2 - Diapositive

3.4 nog meer bankzaken?
Banken bemiddelen tussen vraag naar geld en aanbod van geld.
Aanbod van geld:
Huishoudens die sparen
Vraag naar geld:
Huishoudens en bedrijven die lenen

Slide 3 - Diapositive

3.4 nog meer bankzaken?
Een alternatief voor sparen is beleggen.

Maar, wat is dat precies?

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

3.4 nog meer bankzaken?
Niet alleen met beleggen heb je te maken met koersen, ook met vreemd geld (of vreemde valuta)! 


Slide 6 - Diapositive

3.4 nog meer bankzaken?
Bedrag vreemd geld berekenen
Bedrag vreemd geld = bedrag in euro's × lage wisselkoers

We willen graag €100 omwisselen voor dollars.
Koers €1: U verkoopt    U koopt
Dollar:        1,34                1,14

100 x 1,14 = 114 dollar.


Bedrag in euro's bij vreemd geld berekenen
Bedrag in euro's bij aankoop vreemd geld = bedrag vreemd geld ÷ aankoopkoers
Bedrag in euro's bij verkoop vreemd geld = bedrag vreemd geld ÷ verkoopkoers

Ezelsbruggetje; 
Vreemd geld = vermenigvuldigen, in alle andere gevallen delen!

Slide 7 - Diapositive

Bedrag in euro's bij vreemd geld berekenen
Bedrag vreemd geld ÷ verkoopkoers/aankoopkoers

We willen graag 114 dollar omwisselen voor euro's
Koers €1: U verkoopt U koopt
Dollar:         1,34          1,14

114 : 1,34 = €85,1
3.4 nog meer bankzaken?

Slide 8 - Diapositive

3.4 nog meer bankzaken?
Rekenen met vreemd geld
Wat valt je op...?
Je krijgt voor €100 in totaal $114
vervolgens
verkoop je $114 in voor €85,10

Je verliest dus geld met het omwisselen....

Slide 9 - Diapositive


Je gaat naar Denemarken en je wisselt €100 om voor Deense kronen.
Hoeveel Deense kronen krijg je?
Laat de berekening zien.
A
100 x 8,12 = 812
B
100 x 6,55 = 655
C
100 : 8,12 = 12,32
D
100 : 6,55 = 15,27

Slide 10 - Quiz

3.4 nog meer bankzaken?
Aan de slag!

Maak opdracht 6 + 7  op blz 84 en 85

Klaar? Melden bij docent.


Slide 11 - Diapositive


Je gaat op vakantie naar Amerika. Je wilt hiervoor €200 omwisselen naar dollars. Hoeveel dollar krijg je?
A
228 dollar
B
268 dollar
C
24,63 dollar
D
28,59 dollar

Slide 12 - Quiz


Je gaat terug naar NL en wisselt je 228 dollars om in euro's. 
Hoeveel euro krijg je?
A
€205,25
B
€200
C
€179,99
D
€170,15

Slide 13 - Quiz

Opdracht 8
Je koopt 400 Deense kroon. Hoeveel euro betaal je daarvoor?

U koopt:         U verkoopt:
DK 7,43              DK 7,52

Slide 14 - Diapositive

Opdracht 9
A. Voor een weekendje London koopt Kevin 250 Britse ponden.
Bereken hoeveel euro hij daarvoor betaalt.

       U koopt:                U verkoopt:
BP 0,89                 BP 0,92


Slide 15 - Diapositive

Opdracht 9
B. Als Kevin terugkomt uit London heeft hij nog 38 Britse ponden over. Bereken hoeveel euro hij daarvoor ontvangt.

U koopt:           U verkoopt:
BP 0,89               BP 0,92


Slide 16 - Diapositive