Les T2 De bevolking van Nederland

Stelling;
''Er worden veel kinderen in Nederland geboren, want de bevolking van Nederland groeit''.
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Stelling;
''Er worden veel kinderen in Nederland geboren, want de bevolking van Nederland groeit''.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen:
Je kan de begrippen bevolkingsspreiding, dunbevolkt, dichtbevolkt op Nederland toepassen.
Je kan de factoren benoemen die de groei van de bevolking beïnvloeden.
Je kan het verschil tussen emigratie en immigratie uitleggen.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bevolkingsspreiding
  • Dunbevolkt en dichtbevolkte gebieden.
  • Dichtbevolkte gebieden heten ook wel bevolkingsconcentraties.
  • Noem de belangrijkste bevolkingsconcentratie.

Slide 3 - Diapositive

Randstad: Den Haag, Rotterdam, Amsterdam en Utrecht
Bevolkingsgroei 1
  • Sterftecijfer en geboortecijfer.
  • Als er meer mensen geboren worden dan dat er sterven is er sprake van een geboorteoverschot.
  • Nederland ?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Emigratie

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Immigratie 
  • Wanneer er meer mensen het land inkomen dan uitgaan is er sprake van een verstigingsoverschot

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de 4 factoren en die de groei van de bevolking beïnvloeden en hoe beïnvloeden die factoren de groei?

Slide 7 - Question ouverte

Het verschil tussen emigratie en immigratie.
Zelfstandig aan het werk
Wat: maken de helft van de opgaven van paragraaf 1, hoofdstuk ? en de helft van alle begrippen paragraaf 1 = huiswerk.
Hoe: Met de Geo en Word in break-out rooms/fluistertoon.
Hulp: Vraag de docent of de klasgenoten.
Tijd: tot 10 voor 9.
Uitkomst: Je hebt de helft van paragraaf 1 geleerd. 
Klaar: lezen paragraaf 1. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen:
Je kan de begrippen bevolkingsspreiding, dunbevolkt, dichtbevolkt op Nederland toepassen.
Je kan de factoren benoemen die de groei van de bevolking beïnvloeden.
Je kan het verschil tussen emigratie en immigratie uitleggen.
''Er worden veel kinderen in Nederland geboren, want de bevolking van Nederland groeit''.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 2 dingen die je nog moeilijk vindt en 2 dingen die je hebt geleerd.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions