Oefentoets 2.1

Oefentoets 2.1
Let op dat je bij de open vragen geen spelfouten maakt, het systeem rekent het anders fout. 
Er staat bij de open vragen altijd of je antwoord enkelvoud of meervoud moet zijn.
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Oefentoets 2.1
Let op dat je bij de open vragen geen spelfouten maakt, het systeem rekent het anders fout. 
Er staat bij de open vragen altijd of je antwoord enkelvoud of meervoud moet zijn.

Slide 1 - Diapositive

Schedel
Onderkaak
Sleutelbeen
Borstbeen
Ribben
Opperarmbeen
Wervelkolom
Heupbeen
Ellepijp
Spaakbeen
Handwortelbeentjes
Middenhandsbeentjes
Vingerkootjes
Dijbeen
Knieschijf
Voetwortelbeentjes
Teenkootjes
Scheenbeen
Kuitbeen

Slide 2 - Question de remorquage

Hoeveel lendenwervels hebben wij?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 3 - Quiz

In de holte van het bot zit beenmerg, wat wordt hier gemaakt?

Slide 4 - Question ouverte

Lijmstof zorgt voor soepelheid,
........ zorgt voor stevigheid

Slide 5 - Question ouverte

Welke 2 type beenderen zijn er?

Slide 6 - Question ouverte

Het Hoofd
De romp
De ledematen 
Schedelbeenderen
Bovenkaak
Onderkaak
Wervelkolom
Borstkas
Schoudergordel
Bekkengordel

Arm
Been

Slide 7 - Question de remorquage

Waar zitten de groeischijven?

Slide 8 - Question ouverte

Hoeveel borstwervels hebben wij?
A
11
B
12
C
13
D
14

Slide 9 - Quiz

Loes is negen jaar. Ze is gevallen op het schoolplein. Als ze naar huis fietst, kan zij haar stuur bijna niet vasthouden van de pijn. De huisarts stuurt Loes naar het ziekenhuis. Daar wordt een röntgenfoto van haar hand gemaakt. De arts ziet op de foto dat er twee middenhandsbeentjes zijn gebroken. De hand moet vijf weken in het gips. ‘Gelukkig’, zegt de arts, ‘de groeischijven zijn niet beschadigd.’

Waarom is het een geluk bij een ongeluk dat de groeischijven niet beschadigd zijn? (3 punten)

Slide 10 - Question ouverte

Sleep de woorden naar de juiste plek 
wervelkolom
staartbeentje
bekken

nekwervel
schedel
ribben

Slide 11 - Question de remorquage

wervelgat
wervellichaam
tussenwervelschijf
geeft ondersteuning aan het lichaam
bescherming van het ruggenmerg
beschermt de wervels tegen slijtage

Slide 12 - Question de remorquage

Welke delen in je lichaam maakt nieuw kraakbeen

Slide 13 - Question ouverte

Hoeveel halswervels hebben wij?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 14 - Quiz

Hoeveel kootjes zitten er in 1 duim?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quiz

Hoeveel functies heeft het skelet?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 16 - Quiz

Nee
Ja
Heeft je wervelkolom een dubbele S-vorm?
Tekst

Slide 17 - Question de remorquage

Hoe noemen we 1 langwerpig rond bot? (enkelvoud)

Slide 18 - Question ouverte

Noem 1 van de functies van het skelet.

Slide 19 - Carte mentale

Wat zit er in de holle ruimte van een bot?

Slide 20 - Question ouverte

De mens is een:
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 21 - Quiz

Welke stof verdwijnt er uit een bot als ik het verbrand?

Slide 22 - Question ouverte

Een hond is een:
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 23 - Quiz

Welke stof verdwijnt er uit een bot als ik het in zuur leg?

Slide 24 - Question ouverte

Welke stof zit er veel in kraakbeen?
A
Beencellen
B
Lijmstof
C
Kalk

Slide 25 - Quiz

Wat zit er aan het einde van pijpbeenderen zodat kinderen kunnen groeien? (meervoud)

Slide 26 - Question ouverte

Hoe noemen we het proces waarbij kraakbeencellen omgezet worden in beencellen? (enkelvoud)

Slide 27 - Question ouverte

Een koe is een:
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 28 - Quiz

Wat zit er tussen 2 wervels en helpt bij het opvangen van schokken? (meervoud)

Slide 29 - Question ouverte

Een schaap is een:
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 30 - Quiz

Wat zit er in het wervelgat? (enkelvoud)

Slide 31 - Question ouverte

Einde!!

Slide 32 - Diapositive