Herhaling Verlichting en Romantiek (Wat weet je nog?)
De Verlichting?
1 / 24
Éléments de cette leçon
De Verlichting?
Slide 1 - Carte mentale
De Verlichting was de overheersende geestelijke stroming in......
A
de 16e eeuw
B
de 15e eeuw
C
de 17e eeuw
D
de 18e eeuw
Slide 2 - Quiz
Men noemt deze 18e eeuw ook wel.....
A
de pruikentijd
B
de sloffenperiode
C
de korsettentijd
D
het fin de siècle
Slide 3 - Quiz
Welke van onderstaande termen horen alle drie bij de Verlichting?
A
theocentrisme, classicisme, modernisme
B
liberalisme, optimisme, tolerantie
C
existentialisme, empirisme, feodalisme
D
purisme, aforisme, antropocentrisme
Slide 4 - Quiz
Montesquieu was een belangrijke verlichtingsdenker, zijn meest briljante idee was.....
A
de trias politica
B
de Franse revolutie
C
het economisch liberalisme
D
het afschaffen van de slavernij
Slide 5 - Quiz
Trias politica = de opvatting dat de........macht, ..........macht en ........macht gescheiden moeten zijn.
Slide 6 - Question ouverte
Welke twee stromingen horen bij de beeldende kunst in de Verlichting?
A
rococo, neoclassicisme
B
rococo, barok
C
neoclassicisme, barok
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Episch-didactische genre(s) is/zijn:
A
utopie
B
imaginair reisverhaal
C
robinsonade
D
ontwikkelingsroman
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Vidéo
is een......
A
imaginair reisverhaal en utopie
B
utopie en realistische roman
C
imaginair reisverhaal en robinsonade
D
utopie en robinsonade
Slide 11 - Quiz
Justus van Effen was verantwoordelijk voor:
A
Proeve van kleine gedigten voor kinderen
B
De Hollandse spectator
C
Reize door het Apenland
D
De historie van mejuffrouw Sara Burgerhart
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Vidéo
Reize door het apenland is van.....
A
Van Effen
B
Schasz
C
Van Alphen
D
Diderot
Slide 14 - Quiz
Deze dames heten....
A
Schaap en Sprei
B
Hond en Deken
C
Schaap en Kardinaals
D
Wolff en Deken
Slide 15 - Quiz
narratalogie betekent....
A
perspectief
B
naar knaagdier
C
verhaaltheorie
D
chronologie
Slide 16 - Quiz
De Verlichting wordt eind 18e eeuw opgevolgd door de....
A
Renaissance
B
Epiek
C
Prehistorie
D
Romantiek
Slide 17 - Quiz
Twee gevoelens die horen bij romantische literatuur zijn.....
A
Weltschmerz en drankzucht
B
Sehnsucht en verdriet
C
Weltschmerz en Sehnsucht
D
liefde en verdriet
Slide 18 - Quiz
Eduard Douwes Dekker schreef.....
A
Max Havelaar
B
De geschiedenis van Woutertje Pieterse
C
Dagboek van Tine
D
Een dag in Indië
Slide 19 - Quiz
De belangrijkste antagonisten in "Max Havelaar" waren...…..
Slide 20 - Question ouverte
Het doel van het boek "Max Havelaar" was......
A
het verbeteren van het lot van de inlanders
B
dat Douwes Dekker zijn baan terugkreeg
C
dat Nederland de Indonesiërs zelfbestuur gaf
D
eerherstel voor Douwes Dekker
