Lesson 1: U1D1 + future

Engels (U1 D1)
Guess the lyrics
First lesson Caregivers
First unit with dialoque and exercises 

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Engels (U1 D1)
Guess the lyrics
First lesson Caregivers
First unit with dialoque and exercises 

Slide 1 - Diapositive

Caregivers (U1 D1)
Introduction Caregivers
Watch U1D1 video
Grammar: future
Exercises caregivers

Slide 2 - Diapositive

Caregivers 
Free website!
Videos and exercises related to nursery homes
Grammar + vocab

The next 10 weeks:
Unit 1 + part of unit 2

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

4

Slide 5 - Vidéo

Grammar
U1D1 exercise 4 is about the Future Tense.
We will spend a little more time on that before you start working on the exercises.

Slide 6 - Diapositive

Future
Dit zijn de manieren waarop je de future kunt maken:
  •  future met present simple
  •  future met present continuous
  •  future met am/are/is going to (plus hele ww)
  •  future met shall of will (plus hele ww)

Slide 7 - Diapositive

Future met present simple

Situaties: Voorspelbare regelmaat, rooster, dienstregeling etc.

Gebruik: De gewone tegenwoordige tijd: hele werkwoord + s bij she/he/it
The train leaves at 11:15. 
We close the shop at 12. 
The film starts at 21:15.


Slide 8 - Diapositive

De future met present continuous

Situaties: Binnenkort, op een afgesproken tijdstip. Informeel. uitgaan, sporten, samen eten etc.

Gebruik: am/are/is + hele ww met -ing
We are having a party at Danny’s on Friday.
I’m playing football with my mates tomorrow.


Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De future met to be going to + hele ww

Situaties: Dingen die gaan gebeuren waar bewijs voor is of dingen die eerder al besloten zijn (een vaststaand plan).

Gebruik: am/are/is going to + hele ww
We are going to go to Tanzania next summer.
Look at that cloud, it is going to rain.

Slide 11 - Diapositive

De future met will

Situaties: Staat niet vast of dingen die ter plaatse beslist worden. Kan worden afgekort tot ’ll.

Gebruik: will/shall + hele ww
I will help you tomorrow.
I think it will rain then. 
He’ll probably understand.


Slide 12 - Diapositive

Future met shall
Situaties: Bij I en we mag je shall gebruiken, ouderwets. Vraag met aanbod of voorstel > shall bij I en we

Gebruik: shall + hele ww
I shall help you tomorrow.
We shall do our best. 
Shall we go out?


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

They ... arrive tomorrow morning.

A
shall
B
will

Slide 15 - Quiz

The train ... at 17:03.

A
departs
B
is going to depart

Slide 16 - Quiz

We ... to the cinema tonight.

A
Shall go
B
are going

Slide 17 - Quiz

She ... to Oslo next year.

A
is going to move
B
moves

Slide 18 - Quiz

They ... us some day.

A
are going to visit
B
will visit

Slide 19 - Quiz

We ... start on that right away!

A
are going to
B
shall

Slide 20 - Quiz

00:55
Wat is mevrouw Rose?
A
Manager
B
Verpleegkundige
C
Arts

Slide 21 - Quiz

01:26
Wat vragen meneer en mevrouw Williams?
A
Een permanent verblijf voor mr. Williams senior
B
Een tijdelijk verblijf voor mr. Williams senior
C
Een vakantie naar Bermuda

Slide 22 - Quiz

03:00
Wat kan mr. Wilkins senior slecht?
A
Eten
B
Badderen/douchen
C
Lopen

Slide 23 - Quiz

04:18
Wat betekent commitment?
A
Overeenkomst
B
Hotelnacht

Slide 24 - Quiz

Zelfstandig werken
Jullie maken zelf de opdrachten bij dit filmpje. (15 min)
NIET VERVERSEN OF AFSLUITEN
We bespreken het daarna klassikaal

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Lien

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Hoe heb je de opdrachten gemaakt?
Geen fouten
1-5
5 of meer fouten

Slide 32 - Sondage

More grammar exercises (future)
NU Engels boek 3/4
10.3 Applying for a job
Exercises: 2, grammar 32, extra grammar 32
Of 
Gram > grammar practice verbs > future

Slide 33 - Diapositive