H5 Mavo 3 2024 A vervolgopdrachten van A dictée

Chapitre 5
Un petit creux
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Chapitre 5
Un petit creux

Slide 1 - Diapositive

Prends ton stylo!
Dictée voc. A 

Slide 2 - Diapositive

Doel van de "dictées"
1. Regelmatig leren vergroot kennis van de woordenschat.
2. De kennis komt in het lange termijn geheugen.
3. De schrijfwijze wordt juist geoefend.
4. De uitspraak wordt geoefend.
5. Bewustwording van het verband tussen grammatica en zinsstructuren.
6. Feedback vergroot inzicht door fouten te bekijken.

Slide 3 - Diapositive

Dictée
* 5 Franse zinnen en woordjes: vertaal
* 5 Nederlandse zinnen en woordjes: vertaal

Slide 4 - Diapositive

Dictée chapitre 5: Vocabulaire A 
1. La bouteille 
2. Boire
3. Indiquer
4. Qu'est-ce que tu prends?
5. Je prends le plat du jour.

Slide 5 - Diapositive

Dictée chapitre 5: Vocabulaire A 
6. De taart                     
7. Naast.
8. Eten
9. Ik zie het kopje.
10. Wat wil je drinken? 

Slide 6 - Diapositive

Sur la table....

* TON LIVRE B: 
* TA TROUSSE
* TON CAHIER
* TON ORDINATEUR

Slide 7 - Diapositive

Prends ton ordinateur!
Cherche LessonUp!

Slide 8 - Diapositive

Planning d'aujourd'hui
* Le sujet, les buts
* Parler français
* A vervolgopdracht

Les devoirs pour la semaine prochaine: apprendre voc. B voor donderdag 23 mei






Slide 9 - Diapositive

Feuillettez le livre!
Quel est le sujet?
Quels sont les buts?

Slide 10 - Diapositive

Sujet
Le sujet de chapitre 5: 
Commander quelque chose au restaurant

Les buts:
Het delend lidwoord
Het onregelmatige werkwoord: prendre
Het onregelmatige werkwoord: venir



Slide 11 - Diapositive

Fais l'exercice suivant!
Doe de volgende opdracht in LessonUp!

Slide 12 - Diapositive

Wat hoort bij "manger" en wat hoort bij "boire"?
Manger
Boire

Slide 13 - Question de remorquage

l'oeuf
un verre de vin
l'hamburger
les légumes
une tasse de café
la viande

Slide 14 - Question de remorquage

le poisson
le fromage
la glace
les pommes de terre

Slide 15 - Question de remorquage

Fais l'exercice suivant!
Doe de volgende opdracht in LessonUp!

Het gaat over het onregelmatige werkwoord: prendre = nemen

Wat weet je nog van dit werkwoord? Kun jij het nog vervoegen?

Slide 16 - Diapositive

prendre = nemen
Zie blz. 158

Slide 17 - Diapositive

Prends ton livre!
Livre B: 
page 12: Écouter

Faire: 
exercices: 4 a  
                 3 a d
                 6 a b  en 7 a





Slide 18 - Diapositive

Parler français!

Slide 19 - Diapositive

Au restaurant..

Slide 20 - Diapositive

Au restaurant:

*Qu'est-ce que tu veux boire?

*Qu'est-ce que tu prends?

*Qu'est-ce que c'est le plat du jour?





* Je voudrais un verre d'eau.

* Je prends le plat du jour.

* C'est du poulet.




Slide 21 - Diapositive

Prends ton livre!
Livre B: 
page 10: Introduction

Faire: Regarde le film
exercices: 1 a b 
                 3 a





Slide 22 - Diapositive

Ton anniversaire, c'est quand?
Mon anniversaire, c'est le ........!

Slide 23 - Diapositive

Les 12 mois!
janvier                         juillet
février                         août
mars                      septembre
avril                         octobre
mai                         novembre
juin                         décembre

Slide 24 - Diapositive

Les devoirs
Leren vocabulaire   A blz. 40          Fr-Nl en Nl-Fr
Leren phrases-clés C blz. 42         Fr-Nl en Nl-Fr
Leren de vervoegingen van het werkwoord:
Prendre = nemen  blz. 158             Fr-Nl en Nl-Fr

Apprendre pour:  Lundi, le .... avril 

Slide 25 - Diapositive

Ben je klaar! 
Wij gaan zo weer een bingo spelen.
Maak een kader van 9 vakjes.
Zet er random 9 woordjes en zinnetjes in van:
apprendre 4 en apprendre 7 (zin 5 t/m 8) 

Slide 26 - Diapositive

In deze Franse les ben ik meer te weten gekomen over.......

Slide 27 - Carte mentale

La fin du cours. À la prochaine!

Slide 28 - Diapositive

Instruction
Wat     : Maken van "intro" op blz. 6: opdracht 1b,2 en 3
Hoe     : Zorg dat je de vragen goed leest!  Je werkt IN JE BOEK!
Wie     :  Overleg in tweetallen
Tijd     :  10 minuten
Klaar  :  Starten met leren Apprendre 1: 
              Schrijf de woordjes voluit achterin je schrift. 

Slide 29 - Diapositive

ZS: zelfstandig werken in stilte
Voordelen:
*Rustige sfeer om in te werken.
*Aanscherpen concentratie
*Betere Focus
*Zelf oplossingsgericht nadenken

Na 10 minuten mag je zeker vragen stellen.

Slide 30 - Diapositive