Datacommunicatie en netwerken 5 Filius installatie korte uitleg

• Informatica
• WO
• Studiejaar 4,5

Datacommunicatie en Netwerken

Fundament

Dit onderdeel beslaat twee gedeeltes van Fundament:

E1 hoofdstuk 6:

Kernprogramma 1 hoofdstuk 6: Datacommunicatie

L1 hoofdstuk 1 en 2:

Keuzethema hoofdstuk 1 en 2: een netwerk simuleren

Leerdoelen:

Na deze les kun je:

• in Filius een Client-Server netwerk maken/beschrijven
• de rol uitleggen van de verschillende apparaten daarin 
• in Filius een peer-to-peer netwerk maken/beschrijven
• de rol uitleggen van de verschillende apparaten daarin
• vertellen wat een DHCP server doet
  

Rode achtergrond betekent: klas is stil, dit zijn de leerdoelen en quizzes waarbij niet overlegd mag worden.

Doel van deze les is om het leren zichtbaar te maken voor zowel leerling als docent.

herhaling: Client/Server model

Met distributed processing werd al snel een ander probleem duidelijk: als een andere computer uit stond, was die informatie niet meer beschikbaar... erg onhandig.

Oplossing: het client/server model. Een server is een computer met specifieke software. Een server staat altijd aan. Een client is een computer zoals die van jou en mij.

Filius

Filius is een programma waar je een heel netwerk mee kunt nabootsen, zowel de hardware, als de software

Het komende PO maak je in Filius en Fundament

Later deze les gaan we Filius installeren en gebruiken

Nu eerst kort wat informatie over hoe het werkt

Filius

Aan de linkerkant zie je onderdelen die je kunt slepen naar het vlak in het midden, zoals een kabel, computer, notebook, switch, router, en modem.

Filius

In de bovenbalk zie je een aantal knoppen staan.

De belangrijkste hiervan zijn:

• de hamer knop (CTRL-D): dit is de edit-modus
• de play knop (CTRL-R): dit is de simulatie-modus
• de opslaan knop (CTRL-S): hiermee sla je je bestand op

Filius: edit-modus

In de edit-modus bouw je het netwerk door onderdelen te slepen van de linkerkant naar het witte vlak.

Filius: simulatie-modus

In de simulatie-modus "simuleer" je het netwerk.

In deze modus kun je software installeren, acties uitvoeren op het netwerk (zoals pingen), enzovoorts.

Filius: IP adres toekennen

1. Ga naar de edit-modus
2. Sleep een computer in het witte vlak
3. Dubbelklik op de computer
4. Nu kun je o.a. de naam en het IP opgeven:

Filius: Peer-to-Peer

Een peer-to-peer netwerk verbindt apparaten direct met elkaar, zonder server:

Filius: Client-Server

Een Client-Server netwerk verbindt apparaten niet direct met elkaar (zoals bij p2p), maar via een server, bijvoorbeeld zo:

tip: Documentation modus

Filius heeft ook een "documentation modus"

Deze modus zit onder de potlood knop:

Hiermee kun je het geheel

overzichtelijker maken:
(grijze vlakken en tekst)

DHCP

DHCP staat voor Dynamic Host Configuration Protocol

DHCP kent IP adressen toe aan de apparaten in je (W)LAN

Zonder DHCP moet elk apparaat bv. een eigen (statisch) IP adres bijhouden... dat kan tot problemen leiden, omdat:

1. elk IP adres in een netwerk uniek moet zijn, en

2. dubbele IP-adressen leiden tot verlies van verbinding

DHCP

Filius installeren

Installeer Filius 1.14.2 van deze link:

https://www.lernsoftware-filius.de/downloads/
Setup/Filius-Setup_with-JRE-1.14.2.exe

Leerdoelen:

Nu kun je:

1. in Filius een Client-Server netwerk maken/beschrijven
2. de rol uitleggen van de verschillende apparaten daarin
3. in Filius een peer-to-peer netwerk maken/beschrijven
4. de rol uitleggen van de verschillende apparaten daarin
5. vertellen wat een DHCP server doet

Rode achtergrond betekent: klas is stil, dit zijn de leerdoelen en quizzes waarbij niet overlegd mag worden.

Doel van deze les is om het leren zichtbaar te maken voor zowel leerling als docent.

Fundament

E1 hoofdstuk 6:

Kernprogramma 1 hoofdstuk 6: Datacommunicatie

L1 hoofdstuk 1 en 2:

Keuzethema hoofdstuk 1 en 2: een netwerk simuleren

Exit ticket

https://forms.gle/7J97NiRs9nqWjk5V6