(havo/vwo3) H1 kansen en bedreigingen paragraaf 4 deel 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

https:

Interne en externe factoren

Waarom blijven landen onderontwikkeld?

Interne factoren:

1. slechte infrastuctuur

2. slechte sociale structuur

3. snelle bevolkingsgroei

Externe factoren:

1. beschermen Westerse industrie

2. ruilvoetverslechtering

Donorlanden steunen andere overheden d.m.v. geld

Nederland doneert niet rechtstreeks, maar via organisaties zoals de VN (verenigde naties)

De VN

• Een organisatie waar 193 landen lid van zijn. 
• Opgericht na WOll. 
• Het doel van de VN is contact met andere landen te hebben, te overleggen, te onderhandelen en compromissen te sluiten (oplossingen waarmee niemand nadeel heeft). 

Internationale hulporganisaties

Noodhulp

structurele hulp/duurzame hulp

Ontwikkelingssamenwerking

Vroeger: ontwikkelingshulp; hulp van rijke landen om de                             levensomstandigheden te verbeteren.

Tegenwoordig: samenwerking; rijke landen steunen arme  
                   landen bij het maken van ontwikkelingsplannen. De 
                   arme landen bepalen zelf het hoe het geld besteed 

                   wordt. 

Vrije wereldhandel?

Vrije wereldhandel = alle landen in de wereld kunnen met elkaar handeldrijven zonder elkaar tegen te werken.

Vrije import en export.

Produceren van goederen waar een land goed in is en dat exporteren.

Voordelen van vrije wereldhandel:

• je kunt je producten makkelijker exporteren en zo veel geld verdienen.

Nadelen van vrije wereldhandel:

• veel concurrentie (van landen die goedkoper produceren)
• Prijzen op wereldmarkt schommelen.
• Goedekopere importproducten uit andere landen. (graan/kleding)

Vrije wereldhandel wordt belemmerd door twee economische maatregelen:

1. Importheffing of invoerbelasting op buitenlandse producten.
Landen moeten belasting betalen wanneer ze een product in een ander land willen verkopen.
2. Exportsubsidie  'geld krijgen' van de overheid zodat je je producten goedkoper kan verkopen dan de producten van de concurrent.

wat zijn arbeidsmigranten?

1. mensen die een tijdje naar het buitenland verhuizen om geld te verdienen
2. mensen die verhuizen naar het buitenland
3. mensen die werken in het buitenland
4. mensen die verhuizen om geld te verdienen

wat is geen nadeel van vrije wereldhandel?

1. veel concurrentie
2. schommelende prijzen
3. vrije export
4. goedkope import

tegenwoordig bepalen rijke landen waar het geld naar voor ontwikkelingslanden heen gaat

1. waar
2. niet waar