Hoofdstuk 4.2 en 4.3 1EC1

Hoofdstuk 4.2 en 4.3
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 4.2 en 4.3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie heeft 4.2 gemaakt?
Ja, helemaal af
Ben er mee begonnen, maar nog niet af
Nee, nog niet begonnen

Slide 2 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Een telefoon is €225. Er is nu een aanbieding met €45 korting.
Hoeveel procent korting krijg je?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In 2013 waren er 9450 vrouwen die een deeltijdige studie volgden. in 2014 waren dat er 9639 vrouwen.
Met hoeveel procent is dit toegenomen?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
- Je leert het percentage van getal te bereken
- Je leert het nieuwe aantal/prijs uitrekenen bij een toename of     afname in procenten.
- Je leert terugrekenen naar 100%

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Percentages berekenen
Het uitrekenen van percentages: deel : geheel x 100%

Bijvoorbeeld: van de 250 blokjes zijn er 15 blauw gekleurd.

15 : 250 x 100% = 6%

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Percentages optellen en aftrekken

Percentages mag je niet zomaar optellen of aftrekken als de percentages over verschillende aantallen of bedragen worden berekend.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jasmine koopt een kast van €100 met 15% korting. Bij de kassa krijgt ze nog eens 5% korting er overheen.
Wat is de totale korting in % die jasmine krijgt?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wim betaalt dankzij een aanbieding €19,50 voor 10 verhuisdozen. Prijs per verhuisdoos is normaal €2,19 Hoeveelprocent korting krijgt Wim?

Slide 9 - Question ouverte

Antwoord 10,96%, afgerond  11%
Toename of afname in procenten

Bij het berekenen van een toename of afname, moet je eerst bedenken welke getal of bedrag 100% is.

Bij een toename van 5% wordt het nieuwe percentage 105%
Bij een afname van 5% wordt het nieuwe percentage 95%

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld
De prijs van een laptop is zonder BTW €300. Hier komt 21% BTW overheen. Wat is het bedrag inclusief BTW?

€300 is hier 100%. 
Het bedrag inclusief BTW is €300 : 100% x 121% = €363

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terug rekenen naar 100%
Bij het berekenen met procenten moet je bedenken dat het geheel altijd 100% is. Als de waarde bij een bepaald percentage bekend is, kun je terugrekenen naar het geheel (100%). 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld
Bij de fietswinkel kost een fiets met 20% korting €476. 
Hoeveel kost de fiets zonder korting?

Wat weten we? 
Het bedrag hier is met 20% korting.  €476 is dus 80%
Dit doet we om naar 100% te komen: €476 : 80% x 100% = €595

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De verkoop van laptops steeg in 2020 met 8% Toen werden er 594 laptops verkocht.
Hoeveel laptops werden er in 2019 verkocht?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ga verder met 4.2 en 4.3
Huiswerk voor de volgende les

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions