Sinterklaas deze vrijdag

Sinterklaas quiz
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
sinterklaasopeningBasisschoolGroep 5-8

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Sinterklaas quiz

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Hoeveel letters heeft het woord Sinterklaas?
A
10
B
11
C
12
D
9

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

De appeltjes van Oranje zijn eigenlijk...
A
gewoon appels
B
pompoenen
C
sinaasappels en mandarijnen
D
abrikozen

Slide 5 - Quiz

De intocht van Sinterklaas is dit jaar in...
A
Zwolle
B
een niet bekende stad
C
Amsterdam
D
Den Haag

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

De intocht van Sinterklaas was dit jaar op...
A
5 december
B
13 november
C
31 november
D
15 november

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Zie ginds komt de stoomboot is het bekendste Sinterklaasliedje
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Maak de zin af...

Sinterklaas Kapoentje...?
A
had een zuur citroentje
B
gooi wat in mijn schoentje
C
gooit wat in mijn laarsje
D
had een groen plantsoentje

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Vidéo

Met welk vervoersmiddel komt sinterklaas binnen dit jaar?
A
met een speedboot
B
met een stoomtrein
C
met een stoomboot
D
met een kano

Slide 13 - Quiz

Op welke dag is Sinterklaas jarig?
A
3 december
B
4 december
C
5 december
D
6 december

Slide 14 - Quiz

De kerstman bestond eerder dan Sinterklaas
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Als je vroeger van iemand een speculaasje kreeg ...
A
mocht je een cadeautje uitpakken
B
moest je 10 pepernoten teruggeven
C
vond diegene je niet aardig
D
was diegene verliefd op je

Slide 16 - Quiz

Per jaar worden er 15 miljoen chocolade letters gemaakt
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Waarom heeft de Sint eigenlijk een staf?
A
als symbool voor de kerk
B
hij kan niet zo goed meer lopen
C
zijn rolstoel staat nog in Spanje

Slide 18 - Quiz

Hoe oud is Sinterklaas geworden?
A
1851 jaar
B
110 jaar
C
1751 jaar
D
2035 jaar

Slide 19 - Quiz

Hoe heet het hoofddeksel van Sinterklaas?
A
tabberd
B
kroon
C
muts
D
mijter

Slide 20 - Quiz

Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is...
A
straf
B
de roe
C
niks

Slide 21 - Quiz

Welke chocoladeletter wordt het meest verkocht?
A
S
B
E
C
M
D
P

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Vidéo

Wat zit er niet in pepernoten?
A
zout
B
peper
C
suiker
D
speculaaskruiden

Slide 24 - Quiz

the end

Slide 25 - Diapositive