M&A Blok 1 les 1

Mens en Activiteit
blok 0 en blok 1
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Mens en Activiteit
blok 0 en blok 1

Slide 1 - Diapositive

In dit profieldeel leer je om activiteiten te organiseren en te begeleiden. 

  • Je leert hoe je de juiste activiteiten voor een bepaalde doelgroep kiest
  • Je leert hoe je een planning maakt 
  • Je leert hoe je mensen enthousiast kunt maken om mee te doen met de activiteit.  

Slide 2 - Diapositive

Doelen van deze les ( blok 0)
  • Je kunt uitleggen wat een activiteit is
  • Je kunt de volgende begrippen uitleggen en er een voorbeeld van geven: sociale, recreatieve, sportieve, educatieve, individuele activiteit
  • Je kunt uitleggen wat een doelgroep is en een voorbeeld geven
  •  Je kunt een passende activiteit voor een doelgroep bedenken

Slide 3 - Diapositive

Welke activiteiten vond je zelf vroeger leuk?

Slide 4 - Carte mentale

Soorten activiteit
Sociale activiteit = samen zijn met mensen en in contact zijn.
Recreatieve activiteit = om te kunnen ontspannen. 
Sportieve activiteit = lichamelijk in beweging zijn.
Educatieve activiteit = waar je van leert.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

sportief
sociaal
educatief
recreatief
een film kijken
voetballen
bridgen
( kaarten)
museum bezoeken
zwemmen
tekenen
de krant lezen
naar de sauna gaan

Slide 8 - Question de remorquage

Groeps- of individuele activiteit
Groepsactiviteit = met meerdere

Individuele activiteit = alleen

Soms kan het ook beide zijn.

Slide 9 - Diapositive

Bedenk een geschikte activiteit voor kinderen van 2 t/m 4 jaar in een kinderdagverblijf

Slide 10 - Question ouverte

Bedenk een geschikte activiteit voor ouderen in een verzorgingshuis

Slide 11 - Question ouverte

Bedenk een geschikte activiteit voor kinderen in de leeftijd van 8-12 jaar op de basisschool

Slide 12 - Question ouverte

Bedenk een geschikte activiteit voor leerlingen van jouw leeftijd voor een klassenavond

Slide 13 - Question ouverte

Maak blok 0 in eDition

Blok 0 

1 t/m 4

Slide 14 - Diapositive

blok 1 Kinderdagverblijf/ doelen
  • Je kunt de volgende begrippen uitleggen en voorbeelden geven: homogene, heterogene, verticale, horizontale groep 
  • Je kunt uitleggen wat een draaiboek is 
  • Je kunt uitleggen waarom je een draaiboek moet maken
  • Je kunt een eenvoudig draaiboek maken
  • Je kunt de begrippen fijne en grove motoriek uitleggen en voorbeelden geven

Slide 15 - Diapositive

Belangrijk bij Activiteiten organiseren :

  • Doel van de activiteit
  • wat wil en kan de doelgroep
  • budget
  • aansluiten bij de leeftijd, het gedrag en de lichamelijke en/of geestelijke beperkingen
  • voldoende personeel/ begeleiding
  • speciale behoeften ( bijv. allergieën)     

Slide 16 - Diapositive

Organiseren van activiteiten voor een doelgroep

Doelgroepen = indeling op basis van gezamenlijke kenmerken, zoals leeftijd, hobby’s, ziekte, handicap.
Homogene groepen: groepen met dezelfde kenmerken, bijv leeftijd of geslacht.

Heterogene groepen: in deze groep zijn de verschillen groter.

Verticale groep: niet iedereen is even oud. ( 0-4 jaar)

Horizontale groep: iedereen is even oud, bijv. babygroep

Slide 17 - Diapositive

Draaiboek maken
Een draaiboek maak je voor de organisatie van een bepaald evenement of een bepaalde gebeurtenis. Je beschrijft daarin zo precies en compleet mogelijk wat er allemaal moet gebeuren voor een bepaalde gebeurtenis of dag.


 Zo hoort je draaiboek er ongeveer uit te zien:

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Zoek op internet een plaatje van een ingevuld draaiboek

Slide 23 - Question ouverte

Motoriek = bewegen.
Grove motoriek = grote, grove bewegingen die je met je lijf maakt. Bijvoorbeeld lopen, zwemmen, fietsen, rennen, traplopen.
Fijne motoriek: de kleinere bewegingen die je met je handen en vingers maakt. Dit zijn bewegingen waarbij je je vaak goed moet concentreren, bijvoorbeeld tekenen en schrijven.

Slide 24 - Diapositive

Bedenk een activiteit voor kinderen waarbij de grove motoriek gebruikt wordt

Slide 25 - Question ouverte

Bedenk een activiteit voor kinderen waarbij de fijne motoriek geoefend wordt

Slide 26 - Question ouverte

In welke groep hebben kinderen dezelfde leeftijd?
A
Homogene groep
B
Heterogene groep
C
Verticale groep
D
Horizontale groep

Slide 27 - Quiz

Op welke manieren kun je de groep kinderen op de foto omschrijven?
(heterogeen= verschillend, homogeen= hetzelfde)
A
Heterogene groep+ Verticale groep
B
Homogene groep + Verticale groep
C
Heterogene groep + Horizontale groep
D
Homogene groep + Horizontale groep

Slide 28 - Quiz

In deze groep hebben leden dezelfde kenmerken. Bijvoorbeeld ongeveer even oud en hetzelfde geslacht.
A
heterogene groep
B
homogene groep
C
verticale groep
D
horizontale groep

Slide 29 - Quiz

Piet gaat naar het kinderdagverblijf. De kinderen worden opgesplitst in leeftijd. Piet zit in een groep met jongens en met meisjes. Piet zit in een...
A
homogene en verticale groep
B
heterogene en horizontale groep
C
heterogene en verticale groep
D
homogene en horizontale groep

Slide 30 - Quiz