Les 6, herhalen gram D + leerles SO + C (23-01) A1A


Pak je werkboek, aantekeningenschrift (open op tafel) en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek of steek je vinger op voor een nieuwe woordzoeker.

Aujourd'hui, c'est jeudi
A1A
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon


Pak je werkboek, aantekeningenschrift (open op tafel) en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek of steek je vinger op voor een nieuwe woordzoeker.

Aujourd'hui, c'est jeudi
A1A

Slide 1 - Diapositive

Oefenopdracht -> phrases-clés C
Réponds (geef antwoord) aux questions:
1) Tu es en quelle classe? .......................
2) Quelle heure est-il? .......................
3) Tu as quelles matières le mercredi? ..........................

Slide 2 - Diapositive

Oefenopdracht -> phrases-clés C
Réponds (geef antwoord) aux questions:
1) Tu es en quelle classe? Je suis en cinquième.
2) Quelle heure est-il? Il est dix heures / dix heures moins le quart ....
3) Tu as quelles matières le mercredi? Le mercredi, j'ai géographie et dessin.
Hoofdletters? Punten? 

Slide 3 - Diapositive

Le programme:
- Herhalen grammaire D -> werkwoord être (zijn)
- Au travail: leren SO / extra uitleg
- Blooket A t/m D


Slide 4 - Diapositive

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 5 - Diapositive

Grammaire D herhalen; het werkwoord être (zijn)

- Hoe zat het ook alweer?

Slide 6 - Diapositive

Het werkwoord être (zijn):






Être = onregelmatig: leren uit je hoofd. Vergeet niet de persoonlijk voornaamwoorden (je, tu, il ...) te herhalen als je dit bent vergeten.
Dit werkwoord leer je op dezelfde manier als 'avoir' (hoofdstuk 1)

Slide 7 - Diapositive

(hij is) .......... un homme.
(hij is een jongen)
Welke vorm van être?

Slide 8 - Diapositive

Il est un homme.
(hij is een jongen)

Slide 9 - Diapositive

(zij is) ...... une fille
(zij is een meisje)
Vertaal en gebruik de juiste vorm van être

Slide 10 - Diapositive

Elle est une fille.
Vertaal en gebruik de juiste vorm van être

Slide 11 - Diapositive

Antwoorden gram. D = blz. 112






Kijk de huiswerkopdrachten na. Questions?

Slide 12 - Diapositive

Au travail:
Schuif de tafels uit elkaar.

Ga leren voor het SO van maandag! -> ga dus echt met Frans bezig.

Slide 13 - Diapositive

Blooket vocabulaire A t/m D:
Afspraken:
- Je gebruikt je eigen naam
- Tijdens het spelen is de muziek hoorbaar
https://dashboard.blooket.com/set/6790ac424052f10ed825c469

Slide 14 - Diapositive

Les devoirs (huiswerk):
- Leren voor het SO van maandag

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Huiswerk bespreken:
Ouvre le livre à la page .....

Pak een rode of groene pen, zodat je de opdrachten kunt nakijken.

Les devoirs = ex. .......

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Actualiteit:
Wat? We beluisteren het liedje 'mon amour' van het Eurovisie songfestival van Frankrijk. Zet de ontbrekende woorden op de juiste plek in de songtekst.

Waar gaat het lied over?

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive