4.1 Een stroomkring maken

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

4.1 Een stroomkring maken
Leerdoelen:
Je kunt uitleggen hoe je een gesloten stroomkring maakt.
Je kunt de verschillende onderdelen van een stroomkring benoemen.
Je kunt het verschil tussen geleiders en isolatoren beschrijven.
Je kunt een aantal geleiders en isolatoren benoemen.
Je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet.

Slide 2 - Diapositive

Wat werkt er in huis allemaal op elektriciteit?

Slide 3 - Carte mentale

Spanningsbron
is iets wat stroom geeft
 
Voorbeelden:
  • batterijen
  • accu's
  • stopcontact
  • dynamo.

Slide 4 - Diapositive

       Stroomkring
                
Welke onderdelen zie je in de stroomkring? 

Slide 5 - Diapositive

Waarom is een elektriciteitsleiding aan de binnenkant van koper en aan de buitenkant van pvc?

Slide 6 - Carte mentale

Geleiders en Isolatoren
Waarom is een elektriciteitsleiding aan de binnenkant van koper en aan de buitenkant van pvc?

Slide 7 - Diapositive

Geleiders 

laten elektrische stroom goed door 

  • metalen
Isolators

laten elektrische stroom slecht of niet door
  • rubber
  • glas
  • hout
  • plastic
  • keramiek
  • lucht 

Slide 8 - Diapositive

De stroomsterkte meten

Slide 9 - Diapositive

Elektrische stroom meten
Om elektrische stroom te meten gebruik je een stroommeter of Ampèremeter.
De eenheid van elektrische stroom (I) is Ampère.

Om de hoeveelheid stroom (Ampère) te kunnen meten moet je een stroommeter (Ampèremeter) in de stroomkring plaatsen.




Let op het meetbereik!

Slide 10 - Diapositive

Elektrische stroom meten (2)
Er bestaan verschillende stroommeters of ampèremeters om de stroomsterkte te meten.

Je hebt analoge ampèremeters (met een wijzer)





en digitale ampèremeters (geven direct de waarde aan)


Slide 11 - Diapositive

Elektrische stroom meten (3)
Bij een analoge ampèremeter moet je goed kijken hoe je de draden aansluit. 
De 'plus' van de meter (rode aansluitpunten) moet op de 'plus' van de batterij aangesloten zijn.
De 'min' van de meter (zwarte aansluitpunt) moet op de 'min' van de batterij aangesloten zijn.

Het is belangrijk om te kijken naar het 
meetbereik.
Het meetbereik geeft aan welke stroomsterkte
je  maximaal kan meten.

In het voorbeeld hiernaast is dat dus 0,5 A.



Slide 12 - Diapositive

Elektrische stroom meten (4)
Op de ampèremeter zie je 3 schaalverdelingen:
  • één die loopt van 0 - 0,05 Ampère
  • één die loopt van 0 - 0,5 Ampère
  • één die loopt van 0 - 5 Ampère

In dit geval moet je de middelste schaalverdeling
gebruiken om de juiste stroomsterkte af te lezen.

                                                          de stroomsterkte is in dit geval 0,4 Ampère


Slide 13 - Diapositive

Huiswerk
Leren 4.1
Maken opdracht 1 t/m 5

Slide 14 - Diapositive