Drugs enzo...

1 / 45
suivant
Slide 1: Vidéo
MentorlesMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

0

Slide 1 - Vidéo

timer
1:00
ALCOHOL

Slide 2 - Carte mentale

Ik heb weleens alcohol gedronken.
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

timer
1:00
Bingedrinking

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Vidéo

Middelengebruik ooit in het leven en in de afgelopen maand (12 t/m 16 jaar)
Middelengebruik in de afgelopen maand naar schoolniveau (12 t/m 16 jaar)

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Heb je thuis weleens gepraat over drank en drugs?
A
Ja, over beide
B
Ja, maar alleen over alcohol
C
Nee

Slide 8 - Quiz

discussie over alcohol
stellingen

Slide 9 - Diapositive

Ik vertel mijn ouders of ik alcohol drink
A
eens
B
oneens

Slide 10 - Quiz

Zonder alcohol is een feest ook gezellig
A
eens
B
oneens

Slide 11 - Quiz

Ik wil niet drinken omdat mijn hersencellen anders afsterven
A
eens
B
oneens

Slide 12 - Quiz

Volwassen in mijn omgeving drinken regelmatig
A
eens
B
oneens

Slide 13 - Quiz

Ik kan gemakkelijk aan alcohol komen
A
eens
B
oneens

Slide 14 - Quiz

Als je drinkt, dan hoor je erbij
A
eens
B
oneens

Slide 15 - Quiz

Drugs is een stapje verder dan alcohol drinken
A
eens
B
oneens

Slide 16 - Quiz

Drugs hoort bij sommige feesten
A
eens
B
oneens

Slide 17 - Quiz

Ik vind dat er afspraken met mijn ouders moeten zijn over drank en drugsgebruik
A
eens
B
oneens

Slide 18 - Quiz

Alcohol quiz

Slide 19 - Diapositive

Als je vaak veel drinkt, kun je steeds beter tegen alcohol
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

Het is riskant om alcohol te combineren met drugs of medicijnen
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Zwak alcoholhoudende drank heeft een promillage van maximaal 25 procent alcohol
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Mannen zijn gemiddeld sneller onder invloed dan vrouwen
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

Na een avondje stevig drinken kun je 's ochtends nog steeds alcohol in je bloed hebben
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

Binge drinken is riskant
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

Alcohol is een verdovend middel
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quiz

Rijden met 2 glazen alcohol op kan strafbaar zijn
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quiz

Men kan niet lichamelijk afhankelijk worden van alcohol
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quiz

Door het drinken van koffie wordt de alcohol in het lichaam sneller afgebroken
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz

Iedereen die meer dan 3 standaardglazen alcoholhoudende drank drinkt, reageert langzamer in het verkeer
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

Bier is een goede dorstlesser
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Alcohol zorgt voor uitgaansgeweld
A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quiz

Alcohol breekt je hersencellen af
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quiz

5 eenheden alcohol kunnen tot een coma leiden
A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quiz

De meeste jongeren drinken omdat ze groepsdruk voelen
A
juist
B
onjuist

Slide 35 - Quiz

timer
1:00
DRUGS

Slide 36 - Carte mentale

Wanneer is iets drugs?

Slide 37 - Carte mentale

Slide 38 - Vidéo

Slide 39 - Vidéo

Slide 40 - Vidéo

Ik heb weleens drugs gebruikt. (lachgas is ook drugs)
A
ja
B
nee

Slide 41 - Quiz

Ik heb weleens een sigaret gerookt.
A
ja
B
nee

Slide 42 - Quiz

Wat is blowen?
A
Blowen is het roken van sigaretten
B
Blowen is het roken van shag
C
Blowen is het snuiven van softdrugs
D
Blowen is het roken van softdrugs afkomstig van de hennepplant

Slide 43 - Quiz

Maak de grote drugs quiz!

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Lien