H1.3 klas 2 VMBO-t deel 2 2a en 2b stadion extra woordenwijzer

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

H1.3 deel 1 (klas 2B)

Leesstrategieën

Onderwerp en Deelonderwerp

Moeilijke woordenwijzer

Leerdoel

Je leert wat een onderwerp en deelonderwerp is

Je oefent met nauwkeurig lezen

Theorie (leesstrategieën)

Je hebt vier leesstrategieën:

• Verkennend lezen Je wilt een eerste indruk krijgen van een tekst.
  Je bekijkt hem, maar leest hem nog niet echt. 

• Nauwkeurig lezen Je wilt weten wat er in de tekst staat. Je wilt hem begrijpen. Je leest hem helemaal.
• Zoekend lezen Je hebt een vraag, waar je antwoord op wilt hebben. Je zoekt in de tekst het antwoord. vb Recept, bekijken wedstrijdschema.
• Studerend lezen Je wilt de tekst leren. Je leest om te kunnen onthouden. Vb overhoring

Nieuw!

Dit bekijk en lees je voortaan als je verkennend leest.

Je zoekt een nieuwe telefoon. Je kijkt in het reclameblaadje van de Mediamarkt.

Welke leesstrategie gebruik je?

1. zoekend lezen
2. verkennend lezen
3. nauwkeurig lezen
4. studerend lezen

Verkennend lezen

Nauwkeurig lezen

Zoekend lezen

Studerend lezen

Je wil weten wat de betekenis is van 'dictatuur'.

Je wilt het onderwerp van een tekst weten.

Voor biologie moet je leren hoe de fotosynthese werkt.

Je wilt weten wat het woord 'trivia' in de tekst betekent, maar je hebt geen woordenboek

Je leest een Donald Duck strip.

Welke leesstrategie gebruik je?
Je probeert een programma te vinden in een tv-gids.

1. verkennend
2. nauwkeurig
3. zoekend
4. studerend

Welke leesstrategie gebruik je?
Je gebruikt een handleiding om een kast van Ikea in elkaar te zetten.

1. verkennend
2. nauwkeurig
3. zoekend
4. studerend

Welke leesstrategie gebruik je?
Je leest een tekst waar je vragen over moet beantwoorden.

1. verkennend
2. nauwkeurig
3. zoekend
4. studerend

Welke leesstrategie gebruik je?
Je wil van de artikelen uit een tijdschrift alleen het artikel lezen dat je het meest interessant lijkt.

1. verkennend
2. nauwkeurig
3. zoekend
4. studerend

Maak opdracht 3 (blz. 25)

1. Maak opdracht 3 in je werkboek.

2. Werk zelfstandig (dus zonder hulp van buurleerling)

3. Neem daar max 5 minuten voor

4. Ben je klaar lees dan alvast tekst 1 

5. Noteer de moeilijke woorden van tekst 1 in je schrift. 

Afsluiting:
Welke leesstrategie gebruik jij het vaakst?

Uitleg Onderwerp en deelonderwerp

Onderwerp: waar de tekst over gaat

Zo vind je het onderwerp van de tekst: 

• Lees de tekst verkennend
• Stel jezelf de vraag: Waarover gaat de tekst? Het antwoord op die vraag is het onderwerp
• Dit heb je net ook gedaan bij tekst 1!

En nu werken jullie!

Maak in je werkboek opdracht 6, 7, 8 (blz. 27)

Mag samen

Signaalwoorden

Nieuwe informatie

Opsomming

Tegenstelling

Tijdsvolgorde

A. Daarnaast

B. Zodra

C. enerzijds..

anderzijds.

Aan de slag

1. Maak opdracht 13, gebruik daarvoor tekst 2.

Klaar: werk vast aan 14-15-16-17. Dit wordt huiswerk.

Aan het einde van de les bespreken we opdracht 13. 

Afsluiting
Welk tekstverband is voor jou makkelijk te onthouden?

Nakijken klassikaal