W10 BIO 2KL2 herhaling Thema 4

Herhaling Voortplanting
1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling Voortplanting

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les
  • Herhaling lesstof Thema voortplanting

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

menstruatie cyclus

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samensmelting zaadcel en eicel=
Bevruchting
Celdeling

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontsluiting
  • Door weeën gaat de baarmoedermond open

  • Vruchtvliezen breken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitdrijving
• Als de baarmoedermond ver genoeg open is
• Pers weeën duwen de baby naar buiten

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nageboorte
Weeën duwen de moederkoek, vruchtvliezen en de rest van de navelstreng naar buiten

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tweelingen 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Morningafterpil
Abortus

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verschillend
gelijk

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Transgender






iemand die zich niet thuis voelt in zijn lichaam

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Travestiet
kleedt zich voor een 
bepaalde tijd in 
kleding van het
andere geslacht

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

endrogyn
heeft kenmerken van beide geslachten
(voelt zich man en vrouw)

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Chlamydia
  • meest voorkomende SOA
  • besmetting door bacterie
  • meestal geen klachten maar wel besmettelijk
  • man: pijn aan penis en balzak (  bijbalontsteking)
  • vrouw: afscheiding en bloedverlies ( kan onvruchtbaarheid veroorzaken)
  • te genezen met antibiotica

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aids
  • bekendste SOA
  • besmet met HIV-virus
  • seropositief= besmet maar nog niet ziek
  • afweermechanisme aangetast ( bescherming tegen ziektes)
  • besmetting door: bloed, sperma,vaginaal vocht voorvocht,moedermelk
  • HIV remmers slikken

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Penis
Vagina
Schaamlippen
Borsten
Baardgroei
Bredere heupen

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een voorbeeld van een geestelijke verandering?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar vindt de bevruchting ook al weer plaats?
A
In de eierstok
B
In de eileider
C
In de baarmoeder
D
In de vagina

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het maagdenvlies?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we de geslachtscellen van de man?
A
eicel
B
zaadcel
C
lichaamscel

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de teelballen?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarmee vullen de zwellichamen zich wanneer de penis stijf wordt?
A
Met water
B
Met vocht
C
Met bloed
D
Met zaadcellen

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel voegt vocht en voedingsstoffen toe aan de zaadcellen?
A
De bijbal
B
De prostaat
C
Het zaadblaasje
D
De zwellichamen

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is menstruatie?
A
Dat een meisje een vrouw wordt
B
Dat een meisje borsten krijgt
C
Dat een meisje zwanger wordt
D
Dat een meisje bloed verliest elke maand

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een ander woord voor menstruatie?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel dagen duurt een menstruatiecyclus ongeveer?
A
10
B
14
C
28
D
35

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vindt bij een zwangere vrouw menstruatie plaats?
A
Nee
B
Ja
C
D

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De menstruatie wordt geregeld door hormonen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor dient de opbouw van het baarmoederslijmvlies?
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke anticonceptiemethoden ken je al?

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het gebruik van een condoom is een soort anticonceptiemethode
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quiz

Een condoom beschermt tegen soa's en ongewenste zwangerschappen
De anticonceptiepil beschermt het allerbeste tegen zwangerschap
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quiz

Ook andere anticonceptiemiddelen, zoals het spiraaltje, het anticonceptiestaafje, de anticonceptiepleister, de anticonceptiering en de prikpil beschermen heel goed tegen zwangerschap. Voor alle middelen geldt dat ze alleen goed tegen zwangerschap beschermen, als je ze goed en volgens de regels gebruikt.
Twee condooms over elkaar beschermt nog beter dan wanneer je één condoom gebruikt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 38 - Quiz

Dat kan geen kwaad. Je kunt je stopweek overslaan
De anticonceptiepil is niet meer betrouwbaar als je misselijk bent of diarree hebt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quiz

Bij alle andere middelen dan de pil blijf je goed beschermd. Als je de pil slikt, en 3 uur daarna last krijgt van braken of diarree, ben je niet meer goed beschermd tegen zwangerschap. Slik dan meteen een nieuwe pil.
Wat betekent het woord SOA ook alweer?

Slide 40 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet je doen als je denkt dat je een soa hebt?

Slide 41 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand die valt op iemand van het andere geslacht, noemen we:
A
biseksueel
B
homoseksueel
C
a-seksueel
D
heteroseksueel

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kan een soa hebben zonder het te merken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte
Baarmoederhals wordt wijder
Kind wordt naar buiten geperst
Placenta en vruchtvliezen verlaten het lichaam

Slide 44 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat gaat via nr. 1
van de embryo terug naar de moeder?
A
afvalstoffen
B
koolstofdioxide
C
zuurstof
D
A en B

Slide 45 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Vruchtvliezen zijn vliezen om het embryo en vruchtwater
heen.
2. De functie van het vruchtwater: Zij beschermen de embryo
tegen uitdroging, stoten en wisselingen in temperatuur
A
1 waar 2 nietwaar
B
1 nietwaar 2 waar
C
beide waar
D
beide nietwaar

Slide 46 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand die tegen betaling seks heeft met mensen, noemen we
A
Heteroseksueel
B
biseksueel
C
homoseksueel
D
prostituee

Slide 47 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je wil graag kinderen.
Seksualiteit speelt dan een rol bij:
A
lustbeleving
B
voortplanting
C
onderhouden van een relatie
D
prostitutie

Slide 48 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

een meisje voelt zich aangetrokken tot een meisje. We noemen dit:
A
lesbienne
B
heteroseksueel
C
biseksueel
D
homoseksueel

Slide 49 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions