§5.3 versneld, eenparig en vertraagd

vorige lessen §5.1 en 5.2
afstand tijd diagram maken en aflezen
snelheid tijd diagram aflezen
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

vorige lessen §5.1 en 5.2
afstand tijd diagram maken en aflezen
snelheid tijd diagram aflezen

Slide 1 - Diapositive

afstand tijd diagram

  • Vgem = afstand : tijd
  • stilstaan
  • constante snelheid (eenparige beweging)
  • versnellen
  • vertragen


snelheid tijd diagram

Vgem = (Vbegin + Veind) : 2
  • stilstaan
  • constante snelheid  (eenparige beweging)
  • versnellen
  • vertragen

Dit gaan we doen

Slide 2 - Diapositive


Hoe ver heeft deze fietser gereisd deze dag?
A
3 uur
B
4 uur
C
30 km
D
50 km

Slide 3 - Quiz


Hoe lang is deze fietser  onderweg geweest?
A
6 uur
B
4 uur
C
50 km
D
3 uur

Slide 4 - Quiz


Hoe lang heeft deze fietser tussendoor uitgerust?
A
3 uur
B
4 uur
C
1 uur
D
2 uur

Slide 5 - Quiz


Bereken de gemiddelde snelheid van punt A naar punt B.

Vgem = s / t

A
10 km/h
B
30 km/h
C
25 km/h
D
15 km/h

Slide 6 - Quiz


Bereken de gemiddelde snelheid van punt A naar punt C.

Vgem = s / t

A
15 km/h
B
6 km/h
C
25 km/h
D
10 km/h

Slide 7 - Quiz


Wanneer heeft deze fietser de hoogste snelheid?
A
van A naar B
B
van B naar C
C
van C naar D
D
Dat kun je niet weten.

Slide 8 - Quiz

in de afstand-tijd diagram kun je 4 soorten beweging herkennen

stilstaan
eenparige beweging (= constante snelheid)
versnelde beweging ( = steeds sneller gaan)
vertraagde beweging (= steeds langzamer gaan)

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

afstand-tijd

Slide 11 - Diapositive

afstand-tijd
Constante snelheid

Slide 12 - Diapositive

afstand-tijd diagram

Slide 13 - Diapositive

afstand-tijd diagram

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

in de snelheid -tijd diagram kun je 4 soorten beweging herkennen

stilstaan
eenparige beweging (= constante snelheid)
versnelde beweging ( = steeds sneller gaan)
vertraagde beweging (= steeds langzamer gaan)

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

stilstaan?
constante snelheid?
versnellen?
vertragen?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive


Wat voor een soort beweging is de bruine lijn E?
A
constante snelheid
B
versnelling = steeds sneller gaan
C
stilstaan
D
vertraging = steeds langzamer gaan

Slide 26 - Quiz


Wat voor een soort beweging is de groene lijn B op t = 7 s?
A
constante snelheid
B
versnelling = steeds sneller gaan
C
stilstaan
D
vertraging = steeds langzamer gaan

Slide 27 - Quiz


Wat voor een soort beweging is de lichtblauwe lijn D?
A
constante snelheid
B
versnelling = steeds sneller gaan
C
stilstaan
D
vertraging = steeds langzamer gaan

Slide 28 - Quiz


Wat kun je zeggen over de soort beweging tijdens B?
A
constante snelheid
B
versnellen
C
stilstaan
D
vertragen

Slide 29 - Quiz


Wat kun je zeggen over de soort beweging tijdens C?
A
constante snelheid
B
versnellen
C
stilstaan
D
vertragen

Slide 30 - Quiz


Wat kun je zeggen over de soort beweging tijdens E?
A
constante snelheid
B
versnellen
C
stilstaan
D
vertragen

Slide 31 - Quiz


Wat kun je zeggen over de soort beweging wanneer de tijd = 20 s?
A
constante snelheid
B
versnellen
C
stilstaan
D
vertragen

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Diapositive

Wat voor een soort diagram is dit?


Wat voor een soort beweging  maken deze auto's?


Welke auto is het snelst?

Slide 34 - Diapositive


Wat gebeurt er met de persoon van de rode lijn A?
A
hij komt weer terug met een constante snelheid
B
versnelling achteruit = steeds sneller gaan
C
stilstaan
D
vertraging = steeds langzamer gaan

Slide 35 - Quiz

wie fietst het snelst?

wanneer (tijd) komen ze elkaar tegen?
Hoe pakken we dit aan?

Slide 36 - Diapositive

Op welk punt in de grafiek start de beweging van Lotte?

Wat moet je eerst nog doen voor je de beweging van Lotte in de grafiek zet?

Slide 37 - Diapositive

km/h --> m/s
54 : 3,6 = 15 m/s 
Eerst deze tabel maken!!

1 s
15 m
2 s
30 m
3 s
45 m
4 s
60 m
5 s
75 m
6 s
90 m

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

afstand
(km)
Tijd (uur)

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Lien